Arthur de Groot: ‘De bestrijding van fraude, een nieuwe aanpak met een centrale rol voor data intelligence en – analyse’
/Voor TBS&H heeft Arthur de Groot, partner bij Deloitte Forensic & Dispute Services, zich laten inspireren om een artikel te schrijven over de aard en omvang van fraude, of liever financieel economische criminaliteit (FEC) in Nederland. Hij doet dit niet als criminoloog, maar als forensisch accountant aan wie gedurende de afgelopen 30 jaar vaak vragen zijn gesteld over de omvang van fraude. Vragen zoals: Neemt fraude toe in Nederland? Wordt er meer fraude opgespoord? Hoe groot is het probleem?
Hoewel hij nog doende is met het schrijven van het artikel, heeft hij al enkele conclusies gedeeld tijdens de lancering van het Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving op maandag 12 mei jl.
De Groot vat de uitgangspunten voor zijn artikel als volgt samen:
- Omvang van Financieel Economische Criminaliteit is waarschijnlijk heel groot;
- Onderzoek toont wellicht alleen een topje van de ijsberg en is meer en meer gericht op inzicht in bestrijding van FEC;
- Betrouwbare concrete cijfers over de omvang (in euro’s) van FEC ontbreken;
- FEC is complexe en diverse materie, daarom is ook de bestrijding vaak complex;
- Huidige bestrijdingsmechanismen zijn vaak beproefd, maar lijken vanwege snel veranderende samenleving (new technology) voor toekomstige bestrijding van FEC achterhaald.
Deze uitgangspunten doen de vraag rijzen of het tijd is voor een nieuwe aanpak.
Het indirecte bewijs voor de bovengenoemde uitgangspunten bestaat uit de informatie die te halen is uit de vele onderzoeksrapporten en zogenaamde surveys in Nederland en daarbuiten; de trend die daaruit blijkt is, dat FEC in aard en omvang toeneemt. Dat geldt overigens ook voor de aantallen onderzoekers die publiek en privaat inmiddels werkzaam zijn in het FEC landschap. Ander bewijs is dat FEC in Nederland inmiddels de bestuurs- kamer heeft bereikt; fraude is een directe bedreiging voor de ‘brand’ en reputatie van een bedrijf. Een fraude incident kan, zo is de laatste jaren gebleken, tot een ware explosie van negatieve publiciteit leiden. Veel organisaties lijken onvoldoende voorbereid op fraude incidenten, niet in de laatste plaats omdat de communicatie vastloopt in een discussie over de vraag of er wel sprake is van niet toegestaan gedrag. Dat is tevens een van aspecten die betrouwbare informatie over de omvang van FEC belemmert. FEC, maar met name fraude, is een containerbegrip wat maakt dat over bepaalde gedragingen nogal eens verschillend wordt gedacht en geoordeeld.
Fraude is overigens niet iets van de laatste 30 jaar. Al enkele honderden jaren steekt fraude regelmatig de kop op. Zo is in de geschiedenisboeken zo te lezen dat Cornelis Musch, voormalig griffier van de Staten Generaal, in december 1650 op zijn sterfbed enkele tientallen ‘corruptiën en vuylig- heden’ bekende.
Het landschap van de bestrijding van FEC ziet er, net als de problematiek van het containerbegrip diffuus uit: steeds meer overheidsinstanties en toe- zichthouders zijn actief, de markt van private onderzoekers (accountants, advocaten, consultants, recherchebureaus) groeit onstuimig. De vraag komt dan op of al die inzet en aandacht voor de bestrijding van FEC wel zo effectief en efficiënt is. In tijden waar gesproken wordt van beheersing van criminaliteit (naast of in plaats van bestrijding) is het verstandig ook de kosten van onderzoek en opsporing kritisch te bekijken.
Binnen Deloitte is vorige maand gestart met een interessant project onder de naam State of the State. Het project tracht inzage te krijgen in:
- De omvang van Financieel Economische Criminaliteit;
- Trends in de aanpak van FEC;
- Of een efficiëntere aanpak van FEC, door middel van data-analytics, mogelijk is.
Inzake dit laatste punt heeft Deloitte het afgelopen jaar opvallende resultaten geboekt, kort samengevat:
De nieuwe aanpak van bestrijding van FEC betekent een sterke focus op data en intelligence
- Gebruik van “big data” binnen de intelligence kolom;
- Inzetten van innovatieve manieren voor analyse van “big data” om vroegtijdig FEC te detecteren en opsporing te faciliteren;
- Detectie door middel van inzet data-analytics: Risico profielen voor Financieel Economische Criminaliteit?
- Opsporing door middel van inzet data-analytics: “Track and Trace”?
- Versterking van horizontale samenwerking binnen de Financieel Economische Criminaliteitsketen
- Samenwerking en gegevensdeling tussen Politie, Bijzondere Opsporingsdiensten, Gemeenten, Belastingdienst etc.
In zijn artikel zal De Groot aandacht besteden aan enkele voorbeelden waardoor het gebruik van geavanceerde forensische toepassingen en big data FEC in een vroegtijdig stadium kan signaleren en voorkomen, dan wel gedetecteerd en opgespoord. De kracht van deze nieuwe aanpak zit in de voorspellende waarde. Waar kan het volgende fraude incident worden ver- wacht? Dit kan blijken uit de enorme hoeveelheid data aanwezig én beschikbaar bij mens en organisatie. Deze nieuwe aanpak zou weleens het middel kunnen zijn om het monster van FEC, waarvan niemand weet hoe het er precies uitziet en hoe groot het is, aan te pakken.
Bekijk hier de bij de presentatie behorende slides van Arthur de Groot.