Gevangenisstraffen tot drie jaar geëist vanwege uitvoer gasturbine onderdelen naar Iran
/Het Openbaar Ministerie (OM) heeft in de rechtbank in Maastricht gevangenisstraffen tot drie jaar geëist tegen de directeur en twee medewerkers van Euroturbine. Het OM verwijt hen dat ze deel uitmaakten van een criminele organisatie die zonder vergunning en via verhullende constructies ‘Dual use goederen’ heeft uitgevoerd naar Iran. Dual use goederen kunnen worden gebruikt bij de productie van massavernietigingswapens.
Verdachten hebben door de uitvoer het internationale beleid ondermijnd, betoogden de officieren op zitting: “Dat beleid is erop gericht om proliferatie, te weten verspreiding van massavernietigingswapens, te voorkomen. Proliferatie wordt wereldwijd beschouwd als een reëel gevaar voor de internationale veiligheid.”
Het onderzoek door de FIOD startte op basis van AIVD informatie. Hieruit bleek dat Iran materialen, wetenschappelijke kennis en technologie voor het maken van massavernietingingswapens verwerft in landen waar hoogwaardige technologie en goederen voorhanden zijn, waaronder ook Nederland. Het gaat in dit onderzoek om onderdelen voor gasturbines en nikkel die zijn uitgevoerd naar Iran. Uit het onderzoek blijkt dat Euroturbine eerder vergunningen voor de uitvoer van deze onderdelen had aangevraagd, die vervolgens werden geweigerd door de Nederlandse overheid. De afnemer van de goederen in Iran betrof ondernemingen die zijn te relateren aan bepaalde aan de Iraanse overheid te lieeren bedrijven.
Rolverdeling
De verdachten hebben moeten samenwerken om de autoriteiten om de tuin te leiden, aldus het OM. EUroturbine BV was dé rechtspersoon die de regie voerde, Euroturbine SPC had een meer uitvoerende maar niettemin belangrijke rol bij de uitvoer naar Iran. De directeur had onmiskenbaar de leidinggevende rol binnen de twee bedrijven, betoogden de officieren op zitting: “Hij was de beleidsbepalende persoon en werd dan ook de grote baas genoemd.” Een van de andere verdachten was als manager verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering en handel. De derde verdachte deed de administratie en was meer uitvoerend actief, maar leverde wel de noodzakelijke kennis aan over de te gebruiken verhullende routes. De goederen zijn uiteindelijk verstuurd via verschillende omleidingsroutes naar Iran gestuurd, zo blijkt uit het onderzoek. Ook zou de werkelijke levering zijn versluierd door een valse factuurstroom: “Hierbij heeft de organisatie gebruik gemaakt van de concernstructuur en haar zakelijke relaties in Nederland, Duitsland, Frankrijk, Saudi-Arabië, Bahrein, Dubai en/of de Verenigde Arabische Emiraten,” zeiden de officieren op zitting.
Ernstige feiten
“Gelet op deze verhullende manier van uitvoer hebben de verdachten kennelijk bewust en opzettelijk het Nederlandse toezicht op de exportcontroleregelgeving gehinderd en genegeerd” vervolgden de officieren van justitie. Het ging om een geraffineerde fraude. “Zij hebben enkel het financiële gewin van de onderneming voor ogen gehad.” Het OM vindt de leveringen ernstig, want door hun handelen hebben verdachten het internationale beleid ondermijnd: “Ze hebben het met de exportcontroleregelgeving beoogde doel -het uitoefenen van druk op Iran om het land te bewegen om haar houding en gedrag te veranderen- welbewust structureel naast zich neergelegd.”
Wat betreft de directeur komt daar nog bij dat hij grote geldbedragen heeft witgewassen en inkomstenbelastingfraude heeft gepleegd tussen 2002 en 2008, aldus het OM: “Door het aanhouden en overboeken van gelden met een criminele oorsprong heeft verdachte de legale economie aangetast. Witwassen vormt, mede vanwege de corrumperende invloed ervan, een bedreiging voor het reguliere handelsverkeer.”
Het witwassen betreft vele honderdduizenden Euro’s en het fiscale nadeel van de belastingfraude wordt becijferd op 1.100.000 euro. Daarmee heeft hij de belangen van eerlijke belastingbetalers geschaad: “Belastingfraude kan immers leiden tot verdere verzwaring van de belastingdruk voor alle Nederlanders” zeiden de officieren op zitting.
Geëiste straffen
De Europese regelgeving schrijft voor dat de bestraffing van overtreding van die Europese regels ‘evenredig, doeltreffend en afschrikwekkend’ moet zijn. Het OM vindt voor de hoofdverdachte een gevangenisstraf van 3 jaar op de plaats. Als bijkomende straf eiste het OM een verbeurdverklaring van de gelden die zijn gebruikt voor het plegen van de strafbare feiten: In totaal ruim 5.500.000 miljoen euro. Tegen de twee medeverdachten eiste het OM gevangenisstraffen van 20 maanden. De bedrijven hoorden ieder een geldboete van 500.000 euro tegen zich eisen.
Daarnaast werd op zitting geeist dat verdachten dat wat ze hebben verdiend met de strafbare feiten, betalen aan de staat. Dit omdat misdaad niet mag lonen. Voor de hoofdverdachte is dat bijna 14.000.000 euro.
Bron: OM