Nationale wet ter uitvoering van EU-fraudebestrijding in werking getreden
/Op 15 oktober 2012 is de Wet op de verlening van bijstand aan de Europese Commissie bij controles en verificaties ter plaatse in werking getreden. Deze wet dient ter uitvoering van verordening 2185/96 over controles en verificaties ter plaatse door de Europese Commissie ter bescherming van de financiële belangen van de Europese Unie. Verordening 2185/96 geeft de Commissie de bevoegdheid om op het grondgebied van lidstaten controles uit te voeren bij bedrijven teneinde fraude met EU-gelden op te sporen en te bestrijden. In de praktijk wordt dit gedaan door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF). Lidstaten zijn, evenals bedrijven, verplicht om aan de procedures mee te werken.
De wet op de verlening van bijstand geeft duidelijkheid over de uitvoering van de verplichtingen die de Nederlandse staat heeft onder de verordening, zoals welke minister verantwoordelijk is en welke bevoegdheden en plichten de aangewezen Europese en nationale functionarissen hebben.
- De wet op de verlening van bijstand aan de Europese Commissie bij controles en verificaties ter plaatse (Stb. 2012, 467)
- Verordening (EG) nr. 1073/1999 betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF-verordening)