De advocaat-generaal (OM) in Den Haag heeft vandaag in hoger beroep 15 jaar cel geëist tegen een inmiddels 62-jarige man uit Den Haag die volgens het OM staatsgeheimen leverde aan een echtpaar dat vanuit Duitsland spioneerde voor de Russische staat. De verdachte was werkzaam als medewerker visumzaken bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

De man wordt verdacht van het verspreiden van staatsgeheimen aan Rusland in opdracht van Rusland, het voorbereiden van het verspreiden van staatsgeheimen, ambtelijke corruptie, witwassen en het in bezit hebben van een vuurwapen. Hij kwam in beeld nadat het Russische echtpaar was opgepakt in hun woning in Marburg in Duitsland. De vrouwelijke Russische spion ontving op dat moment net informatie vanuit de Russische inlichtingendienst in Moskou, die zij weer kopieerde naar een informatiedrager. Toen de politie binnenviel kon de vrouw nog net de stekker van de kortegolfontvanger uit de laptop trekken. Het stel liet genoeg informatie achter om hen in Duitsland te kunnen vervolgen. Doordat zij niet alle digitale sporen hadden gewist, kwam ook de Nederlandse verdachte in beeld. Hij opereerde voor het echtpaar onder de codenaam ‘BR'. De Duitse autoriteiten informeerden Nederland en de rijksrecherche begon onder leiding van het Openbaar Ministerie een onderzoek. Verdachte werd vervolgens aangehouden op Schiphol toen hij voor een dienstreis wilde uitreizen. Tijdens de daaropvolgende huiszoeking bij de verdachte thuis werden honderden vertrouwelijke documenten uit het berichtenverkeer van Buitenlandse Zaken aangetroffen. Op de werkplek van de verdachte werden ook vertrouwelijke documenten aangetroffen waarop in het Engels samenvattingen stonden geschreven. Uit documenten van het echtpaar bleek dat zij ‘BR' de opdracht had gegeven om samenvattingen van de vertrouwelijke documenten te maken.

Volgens het OM is er voldoende bewijs dat de verdachte vanaf 1 september 2008 informatie heeft overgedragen aan het Russische echtpaar. Gemiddeld leverde hij één keer per maand tijdens een ontmoeting informatie. In totaal vonden er ongeveer 20 tot 30 ontmoetingen plaats. Wanneer deze ontmoetingen plaatsvonden, is na te gaan aan de hand van verslagen hierover, overnachtingen van de Russische spion in Nederland en aan geldstortingen van de verdachte op zijn bankrekening. Hij kreeg per ontmoeting duizenden euro's aan spionageloon. De verdachte verschafte bijvoorbeeld informatie over politieke en militaire aangelegenheden van de NAVO en EU maar ook gevoelige informatie over collega's. In de visie van het OM moet het verdachte redelijkerwijs duidelijk zijn geweest dat de documenten die hij leverde inlichtingen bevatten waarvan de geheimhouding door het belang van de staat werd geboden.

Verdachte zelf had schulden. Met het geld dat de spionagewerkzaamheden opleverde, kon hij de financiële gaten enigszins vullen. In totaal heeft hij vermoedelijk ruim € 72.200,- voor zijn spionagewerkzaamheden ontvangen. Inmiddels heeft de rechtbank in Den Haag bepaald dat dit bedrag van verdachte moet worden ontnomen en dat hij het aan de Staat moet betalen.

Het OM heeft bij de strafeis, naast de ernst van het feit, ook rekening gehouden met zijn blanco strafblad, zijn leeftijd en het gegeven dat als gevolg van de detentie en strafzaak zijn gezin uit elkaar is gevallen. De ernst van het feit maakt echter dat in de visie van het OM een zeer langdurige gevangenisstraf op zijn plaats is. "Verdachte heeft uit geldelijk gewin zijn land verraden. Hij heeft gedurende een lange periode inlichtingen verkocht aan de Russische Federatie. Nadat zijn contactpersoon werd aangehouden, is verdachte gewoon doorgegaan met het verzamelen van inlichtingen. Op het moment dat hij daarop betrapt is, heeft hij op geen enkele wijze medewerking verleend aan het onderzoek. Hij heeft evenmin zijn land en zijn voormalige werkgever geholpen om de schade die hij met zijn verraad heeft aangericht te beperken. Ook zijn houding wordt meegenomen in de strafmaat. Een lange celstraf is passend en geboden", aldus de advocaat-generaal op de zitting.

De rechtbank veroordeelde verdachte tot 12 jaar cel na een eis van de officier van justitie van 15 jaar. De verdachte stelde hoger beroep in.

Bron: OM