Samenvatting advies wetsvoorstel verbetering aanpak fraude identiteitsbewijzen

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft advies uitgebracht over het wetsvoorstel tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de verbetering van de aanpak van fraude met identiteitsbewijzen en wijziging van het Wetboek van Strafvordering, de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen en de Wet DNA-onderzoek bij veroordeelden in verband met de verbetering van de regeling van de identiteitsvaststelling van verdachten en veroordeelden. De regering heeft het wetsvoorstel op 11 september 2012 aan de Tweede Kamer aangeboden. Hiermee is ook het advies van de Raad van State openbaar geworden.

Inhoud van het wetsvoorstel

Het wetsvoorstel bevat een verzameling van onderwerpen die allemaal verband houden met identiteitsvaststelling. Onder andere wordt de strafbaarstelling van fraude met reisdocumenten uitgebreid naar rijbewijzen en vreemdelingendocumenten, maar ook naar identiteitsbewijzen afgegeven door diensten of organisaties van vitaal of nationaal belang. Hierdoor wordt onder andere ook het gebruik van een identiteitsbewijs van een ander strafbaar (lookalike fraude). In het verlengde van deze uitbreiding wordt ook een verbod geïntroduceerd op fraude met biometrische kenmerken en biometrische persoonsgegevens.


Identiteitsbewijzen van diensten en organisaties van vitaal of nationaal belang

De Afdeling advisering maakt in de eerste plaats opmerkingen over de strafbaarstelling van fraude met identiteitsbewijzen afgegeven door 'diensten of organisaties van vitaal of nationaal belang'. De Afdeling advisering acht onvoldoende duidelijk welke diensten en organisaties onder deze omschrijving vallen. In de toelichting op het wetsvoorstel wordt hiervoor verwezen naar een overzicht ('factsheet') van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkszaken. Dit overzicht is echter niet officieel bekend gemaakt en biedt niet de vereiste duidelijkheid. De Afdeling adviseert om af te zien van een algemene omschrijving en in plaats daarvan een limitatieve lijst op te stellen van organisaties op wie het verbod betrekking zal hebben. Ook adviseert de Afdeling bij de uitbreiding van de strafbaarstelling in aanmerking te nemen dat identiteitsbewijzen van diensten en organisaties van vitaal of nationaal belang (doorgaans: toegangspassen) in het algemeen een andere status hebben dan paspoorten en rijbewijzen. Daardoor zijn niet alle strafbepalingen die bescherming bieden aan paspoorten en rijbewijzen zonder meer uit te breiden naar deze bredere categorie identiteitsbewijzen.


Strafbaarstelling vervalsen van biometrische kenmerken

In de tweede plaats maakt de Afdeling advisering opmerkingen over de strabaarstelling van vervalsing van biometrische kenmerken. Biometrische kenmerken zijn uit hun aard onlosmakelijk verbonden met het lichaam. Daardoor raakt deze strafbaarstelling aan het beschikkingsrecht van personen over het eigen lichaam en het recht op eerbiediging van het privéleven. Deze grondrechten, in samenhang met de eis van duidelijkheid als element van het legaliteitsbeginsel, vereisen een heldere afbakening van de strafbepaling. Naar het oordeel van de Afdeling advisering schiet het wetsvoorstel op dit punt te kort. De strafbaarstelling beperkt zich niet tot de situatie waarin biometrische kenmerken worden gebruikt als identiteitsbewijs en bevat evenmin een beperking tot de biometrische kenmerken die op dit moment voor identificatie worden gebruikt. De Afdeling adviseert dan ook het wetsvoorstel toe te spitsen op die situatie, waarin specifieke biometrische kenmerken worden gebruikt als identiteitsbewijs.


Lees hier de volledige tekst van het advies van de Raad van State en het nader rapport van de minister.


Bron: Raad van State
Print Friendly and PDF ^