Tuchtmaatregel accountants Econcern blijft staan

College van Beroep voor het bedrijfsleven 6 november 2018, ECLI:NL:CBB:2018:556

De uitspraak van de accountantskamer op een door Delta Lloyd Asset Management N.V (Delta Lloyd) ingediende klacht tegen twee accountants die een goedkeurende verklaring hebben afgegeven bij de jaarrekening 2007 van het in 2009 failliet verklaarde Econcern houdt stand. Dat blijkt uit de uitspraak die het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) in het hoger beroep van de accountants deed.

Het CBb is het eens met de accountantskamer dat de klacht van Delta Lloyd inhoudelijk overeenkomt met de door de curatoren in het faillissement van Econcern ingediende klacht dat de accountants geen goedkeurende verklaring hadden mogen afgeven. In de uitspraak op de klacht van de curatoren verklaarde de accountantskamer deze klacht gegrond en legde hij de accountants de maatregel van tijdelijke doorhaling van de inschrijving in de registers voor de duur van één maand op. In de uitspraak op de klacht van Delta Lloyd hield de accountantskamer hiermee rekening en zag hij ervan af om een nadere of extra maatregel aan de accountants op te leggen.

In verband hiermee beslist het CBb dat de inhoudelijke grieven van de accountants tegen de uitspraak van de accountantskamer op de klacht van Delta Lloyd niet kunnen slagen, omdat zij zijn gericht tegen een oordeel van de accountantskamer dat inmiddels in rechte is komen vast te staan. Reden hiervoor is dat zowel de accountants als de curatoren het hoger beroep tegen de uitspraak van de accountantskamer op de klacht van de curatoren hebben ingetrokken naar aanleiding van een tussen die partijen bereikte schikking. Ook de hogere beroepen tegen uitspraken van de accountantskamer op de klachten van andere partijen in deze kwestie zijn ingetrokken.

Lees hier de volledige uitspraak.