Antiterrorismewetgeving naar Tweede Kamer: hacken door politie en OM toegestaan
/Het gaat allereerst om de Tijdelijke wet bestuurlijke maatregelen terrorismebestrijding. De overheid kan op grond van dit wetsvoorstel een meldplicht, gebiedsverbod of een contactverbod opleggen op grond van gedragingen die in verband kunnen worden gebracht met terroristische activiteiten of de ondersteuning daarvan. Bijvoorbeeld contacten met andere geradicaliseerde personen, gecombineerd met een opvallende belangstelling voor bepaalde objecten of evenementen.
Het gaat dan om personen die terugkeren van het jihadistisch strijdtoneel en van wie een dreiging uitgaat voor de nationale veiligheid. Ook personen die niet zijn uitgereisd om zich aan te sluiten bij een terroristische strijdgroep kunnen sterk zijn geradicaliseerd en eveneens bereid zijn om geweld te gebruiken. De maatregelen kunnen alleen worden opgelegd als dat noodzakelijk is ter bescherming van de nationale veiligheid.
Een tweede wetsvoorstel, van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, regelt dat paspoorten en identiteitskaarten automatisch vervallen als een uitreisverbod wordt opgelegd door de minister van Veiligheid en Justitie. Doel is de uitreis van personen naar jihadgebieden te voorkomen. De mogelijkheid tot het opleggen van een uitreisverbod wordt geregeld in de Tijdelijke wet bestuurlijke maatregelen terrorismebestrijding.
Ook stuurt het kabinet een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer dat de minister van Veiligheid en Justitie de mogelijkheid geeft zonder voorafgaande strafrechtelijke veroordeling het Nederlanderschap in te trekken van jihadisten met een dubbele nationaliteit die in het buitenland meevechten met een terroristische organisatie. Bij terugkeer naar Nederland kunnen deze jihadisten immers een direct gevaar vormen voor de nationale veiligheid. In zo'n geval is een snelle reactie geboden en kan met het intrekken van het Nederlanderschap niet worden gewacht tot iemand is teruggekeerd en veroordeeld.
Het vierde en laatste wetsvoorstel betreft de versterking van de opsporing van computercriminaliteit. Nu zijn er onvoldoende mogelijkheden om bijvoorbeeld wachtwoorden te achterhalen, versleuteling van gegevens ongedaan te maken en illegale acties van terroristische organisaties op het internet tegen te gaan. Openbaar Ministerie en politie kunnen op afstand heimelijk onderzoek doen in computers van criminelen of terroristen en - indien nodig - gegevens vastleggen (kopiëren) of ontoegankelijk maken. Het betreft het zogeheten 'onderzoek in een geautomatiseerd werk' dat opsporingsambtenaren ruimte geeft onder strikte voorwaarden bepaalde onderzoekshandelingen toe te passen bij opsporing van ernstige delicten. Daarbij gaat het niet alleen om het ontoegankelijk maken of het vastleggen van gegevens maar ook om observatie en het aftappen van communicatie.
Bron: Rijksoverheid