Cybercrime congres: Digitaal bewijs & de rol van private partijen
/Digitaal bewijsmateriaal is de afgelopen jaren een steeds belangrijkere rol gaan spelen in het kader van de opsporing en vervolging van alle vormen van criminaliteit. Toegang daartoe krijgen kan daarentegen een langdurig proces zijn, doordat de betreffende data vaak in een ander land zijn opgeslagen. Als reactie op dit probleem zijn verschillende instrumenten in het leven geroepen, zoals het Europees Onderzoeksbevel (EOB) en die uit het Verdrag van Boedapest inzake cybercriminaliteit. Deze instrumenten zijn bedoeld om snellere en efficiëntere toegang tot (digitaal) bewijsmateriaal in een ander land mogelijk te maken. Vaak is de data waar het om gaat en waar in het kader van een strafrechtelijk onderzoek interesse in is, in het bezit van bedrijven, met name aanbieders van onlinediensten, waarvan de gegevens zich kunnen bevinden op servers in verschillende landen, zowel binnen als buiten de Europese Unie. Tot voor kort voorzagen de instrumenten ter verkrijging van deze data in mogelijkheden van bevoegde autoriteiten om zich via de daarvoor aangewezen autoriteiten in andere landen, dus indirect, tot deze bedrijven te wenden. Er is echter een ontwikkeling zichtbaar waarbij het in steeds meer gevallen mogelijk wordt voor autoriteiten om zich direct tot bedrijven te richten met een bevel tot uitlevering van data.