In hoger beroep celstraffen tot 9 maanden geëist wegens betrokkenheid bij verduistering FC Utrecht

De advocaat-generaal in Arnhem heeft in hoger beroep celstraffen van negen maanden waarvan vier en drie maanden voorwaardelijk geëist tegen twee broers wegens het medeplegen van verduistering in dienstbetrekking van € 77.500 uit de kluis van FC Utrecht op 26 januari 2015.

Een van de broers werkte als boekhouder bij de voetbalclub. Een andere mannelijke verdachte hoorde vijf maanden voorwaardelijke celstraf tegen zich eisen. De zaak tegen de vriendin van een van de broers is aangehouden. Bij de verduistering werd een bedrag van € 77.500 buitgemaakt. Het geld is tot op heden niet teruggevonden.

In eerste instantie leek het te gaan om een gewapende overval op FC Utrecht met een flinke buit. Niets was minder waar. Al snel werd duidelijk dat het ging om een ‘inside job’. De aangifte die door een medewerker van FC Utrecht werd gedaan bleek vals. Hij was niet overvallen maar had de branddeur bewust open gezet zodat zijn broer binnen kon komen, hij heeft de kluis opengemaakt en het geld aan zijn broer meegegeven. “Deze werknemer vormde de spil van de strafbare feiten. Zonder hem was er geen verduistering geweest, hij was degene die wist dat er veel geld lag”, aldus de advocaat-generaal. De dag ervoor hadden beide broers al de omgeving verkend, de vluchtroutes bekeken en inkopen gedaan voor de nepoverval. De vriendin van de broer wordt ervan verdacht meegewerkt te hebben door de vluchtwagen te besturen. De vierde verdachte bewaarde het geld.

De ene broer wordt verduistering in dienstbetrekking verweten; de andere broer, die de overval uitvoerde, van het medeplegen hiervan. De andere mannelijke verdachte, die het geld bewaarde, wordt verdacht van opzetheling.

De geëiste straffen zijn hier op zijn plaats, zo stelde de advocaat-generaal.“Door het handelen van verdachten is niet alleen de politie in eerste instantie op een verkeerd spoor gezet, ook is het vertrouwen in de werkgever, FC Utrecht, ernstig beschaamd. De hoofdverdachte had een vertrouwenspositie binnen het bedrijf en heeft hier op schandelijke wijze misbruik van gemaakt.” De verschillen in strafeis zijn te relateren aan de verschillende rollen die verdachten bij de strafbare feiten hebben gespeeld.

De rechtbank veroordeelde de beide broers tot acht maanden cel waarvan vier maanden voorwaardelijk en de andere man tot een voorwaardelijke celstraf van drie maanden en een taakstraf van 200 uur. De verdachten stelden hoger beroep in.

Uitspraak (naar verwachting) over twee weken.

Bron: OM

 

Print Friendly and PDF ^