Onderzoek naar de toepassing van het conservatoir beslag ten behoeve van het slachtoffer

Op 1 januari 2014 is de Wet conservatoir beslag ten behoeve van het slachtoffer (hierna: conservatoir beslag)1 in werking getreden. Doel van deze specifieke vorm van beslag is om zorg te dragen dat de vergoeding van de door het slachtoffer geleden schade door de veroordeelde (in de vorm van een schadevergoedingsmaatregel) daadwerkelijk betaald wordt. Het beslag moet voorkomen dat bij een verdachte geen verhaal mogelijk is, omdat hij - anticiperend op zijn (mogelijke) veroordeling en de verplichting de veroorzaakte schade te vergoeden - van de gelegenheid gebruik maakt zijn vermogen bijvoorbeeld te vervreemden of te bezwaren. De volgende probleemstellingen zijn gedefinieerd:

Hoe vaak wordt conservatoir beslag toegepast en bij welke typen zaken?

Wat is het verloop van de zaken waarin conservatoir beslag is gelegd, hoe vaak volgt het opleggen van een schadevergoedingsmaatregel, wat zijn de financiële aspecten daarvan en wat is de rol van het conservatoir beslag daarin geweest?

Leidt het leggen van conservatoir beslag ertoe dat daders de opgelegde schade vaker, vollediger en sneller aan slachtoffers betalen?

Beantwoordt het conservatoir beslag ten behoeve van slachtoffers aan het doel ten behoeve waarvoor het in het leven is geroepen?

Bevindingen


Het leggen van het conservatoir beslag

Het aantal maal dat conservatoir beslag (art. 94a lid 3 Sv) wordt toegepast is niet direct uit de geautomatiseerde registratiesystemen van het OM te herleiden. Wel kan op basis van dossieronderzoek en data-analyse een inschatting worden gemaakt van het aantal. De inschatting is dat jaarlijks bij rond de 300 tot 400 zaken conservatoir beslag (art. 94a lid 3 Sv) door het OM wordt toegepast.

Het aantal gelegde conservatoir beslagen is relatief laag als dit vergeleken wordt met het aantal opgelegde schadevergoedingsmaatregelen. Jaarlijks wordt namelijk ruim 13.500 maal een schadevergoedingsmaatregel opgelegd. We constateren dat het aantal keer dat het conservatoir beslag (art. 94a lid 3 Sv) toegepast kan worden verder kan toenemen. Uit de interviews komen echter vier drempels naar voren waarom het conservatoir beslag (nog) niet wordt opgelegd:

a. Niet iedere verdachte heeft vermogen om conservatoir beslag op te leggen, of het blijkt niet uit het strafdossier dat de verdachte vermogen heeft;

b. De mogelijkheid is (nog) niet bij alle professionals in de strafrechtketen (en dan met name beoordelaars en officieren van justitie van het OM) ‘on top of mind’ en soms wellicht helemaal niet bekend;

c. Het leggen van conservatoir beslag kost de nodige inspanningen; het is een complex proces waar politie, OM en de Rechtspraak diverse, en volgens sommige geïnterviewden overbodige, handelingen voor moeten verrichten; en

d. Het voordeel voor het slachtoffer is niet altijd evident. Bij grofweg de helft van de zaken waarin conservatoir beslag is gelegd, volgt geen schadevergoedingsmaatregel en heeft het beslag uiteindelijk geen meerwaarde. Daarbij komt dat bijna alle slachtoffers recht hebben op een (gedeeltelijke) voorschot op de opgelegde schadevergoedingsmaatregel als deze na acht maanden niet wordt betaald, waardoor de meerwaarde voor het slachtoffer beperkt lijkt.

Het type delict speelt geen grote rol bij het leggen conservatoir beslag, uitgangspunt is het beschikbare vermogen van de verdachte. Het aangetroffen vermogen van een verdachte is vaak ‘de trigger’ voor een vordering door de officier van justitie. Daarnaast wordt soms ook aanvullend onderzoek gedaan naar het vermogen van de verdachte; al gebeurt dat veel minder dan beslag leggen op aangetroffen vermogen.

Bijna alle machtigingen worden afgegeven door de R-C. De afwijzingen die bij het dossieronderzoek zijn aangetroffen, hadden betrekking op het overgangsrecht. Hoewel de mondelinge machtiging in het dossieronderzoek niet vaak voorkwam, blijkt deze volgens de respondenten met name in het kader van ZSMzaken meerwaarde te hebben. De afhandeling van dergelijke zaken gaat over het algemeen sneller dan het mogelijk is om schriftelijk een machtiging te krijgen.

Bij 13% (n= 17) van de gelegde beslagen is er beklag aangetekend door de verdachte. Bij twee derde (12 zaken) van deze zaken is uit het dossier op te maken wat de uitspraak van de rechter is. Bij de helft van die zaken is de beklaagde geheel of gedeeltelijk gelijk gesteld.

Het conservatoir beslag in relatie met het vooronderzoek en het onderzoek ter zitting

In ongeveer de helft van de zaken (n = 60) met conservatoir beslag legt de rechter schadevergoedingsmaatregel op. De belangrijkste reden daarvan is dat het slachtoffer zich uiteindelijk niet voegt in het strafproces (16% of 20 van de zaken). Het komt ook voor dat de zaak geseponeerd wordt of de verdachte niet schuldig wordt verklaard (12% of 15 van de zaken) of dat uiteindelijk de vordering van het slachtoffer geheel niet-ontvankelijk wordt verklaard (12%of 14 van de zaken).

Vaak is de hoogte van de schade nog niet bekend bij de vordering door de officier van justitie voor de machtiging conservatoir beslag. Direct na het delict is een slachtoffer daar nog niet mee bezig. Daarnaast kan het lang duren voordat zicht is op de totale schade omdat nog onbekend is hoe het slachtoffer zal herstellen of in staat zal zijn om weer te werken. Hierdoor komt het volgens de respondenten regelmatig voor dat een slachtoffer zich pas laat voegt in het strafproces; wat het lastig maakt voor het OM om dan nog conservatoir beslag te leggen. Het laat bekend zijn van de schade, is mogelijk ook een verklaring waarom uiteindelijk een deel van de slachtoffers zich niet voegt in het strafproces.

Tot slot is er aan het eind van deze fase nog een knelpunt. Als er sprake is van een onherroepelijk opgelegde schadevergoedingsmaatregel, moet het gelegde conservatoir beslag worden overgedragen aan het CJIB. Deze overdracht verloopt niet soepel; in een kwart tot de helft van de schadevergoedings-maatregelen is het gelegde conservatoir te vroeg, te laat of niet aan het CJIB overgedragen. De betrokken ketenpartners geven aan dat komt door de beperkte IT-ondersteuning in het werkproces; het overdragen van het conservatoir beslag moet handmatig worden gedaan.

Het conservatoir beslag in de inningsfase

Uit het dossieronderzoek blijkt dat in 89% van de onderzochte dossiers die bij het CJIB bekend zijn met een conservatoir beslag wordt uitgewonnen ten behoeve van de schadevergoedingsmaatregel. Hierbij kent 39% van die dossiers een dekkend conservatoir beslag en behoeft er geen inning plaats te vinden voor het restant van de schadevergoedingsmaatregel.

Gezien het lage aantal gelegde conservatoir gelegde beslagen dat bij het CJIB bekend is, is het nauwelijks mogelijk om aan te tonen dat het leggen van een conservatoir beslag leidt tot een betere betaling. Alleen bij schadevergoedingsmaatregelen tussen de €5.000 en €10.000 kan een statistisch significant verschil worden aangetoond en lijkt er beter betaald te worden als er sprake is van een conservatoir beslag.

Doordat er sinds 2016 sprake is van een voorschotregeling voor veel van de opgelegde schadevergoedingsmaatregelen,3 is er voor de slachtoffers zekerheid dat de opgelegde schadevergoedingsmaatregel na acht maanden (deels) wordt uitbetaald. Uit het dossieronderzoek blijkt dat in ongeveer een derde (32%) van de zaken uiteindelijk de voorschotregeling wordt toegepast, waardoor voor de slachtoffers het conservatoir beslag niet van (financiële) meerwaarde is. Wel kan het voor het slachtoffer goed zijn om te weten dat de dader de schade heeft betaald en niet de Staat. En voor de Staat is het ook van belang, omdat de Staat het voorschot betaalt.

De positie van het slachtoffer

Het slachtoffer is slechts in incidentele gevallen op de hoogte van het gelegde conservatoir beslag. In elke fase van het proces zijn er momenten dat het slachtoffer van het conservatoir beslag zou kunnen horen, maar er is geen vast communicatiemoment waardoor er een grote kans is dat het slachtoffer niets weet van de inspanningen die, mede voor hem of haar, zijn gedaan. Zo komt het gelegde conservatoir beslag ook bijna niet aan bod tijdens de zitting.

Lees meer:

Print Friendly and PDF ^