Raad neemt e-evidence pakket, voor betere toegang tot elektronisch bewijsmateriaal, aan

De Raad heeft op 27 juni een verordening en een richtlijn aangenomen over grens­overschrijdende toegang tot elektronisch bewijs­materiaal (e-bewijs). Het gaat daarbij om digitale gegevens zoals e-mails, tekstberichten en verkeersgegevens, die gebruikt worden voor het onderzoeken en vervolgen van strafbare feiten. Met de nieuwe regels wordt het voor politie en justitie gemakkelijker dit soort bewijs­materiaal in hun bezit te krijgen.

Dankzij de vandaag door de Raad aangenomen wetgeving krijgen politie en justitie betere toegang tot e-bewijs, met name wanneer dat zich in andere landen bevindt. Dit is een cruciale stap voor de criminaliteits­bestrijding in de EU.

Gunnar Strömmer, minister van Justitie van Zweden

Europees verstrekkingsbevel en Europees bewaringsbevel

Met de nieuwe regels in de hand kunnen rechterlijke instanties rechtstreeks e-bewijs opvragen bij dienst­verleners – zoals telecom- of sociale­media­bedrijven – die in een andere lidstaat zijn gevestigd. De dienstverleners moeten binnen 10 dagen, of in dringende gevallen binnen 8 uur, antwoorden.

Rechterlijke instanties kunnen met een Europees bewaringsbevel voorkomen dat buitenlandse dienstverleners gegevens verwijderen, en deze informatie zo ook in een later stadium opvragen.

Aangewezen vestiging en wettelijke vertegenwoordiger

Dienstverleners die actief zijn in de EU moeten een wettelijke vertegenwoordiger of een vestiging aanwijzen waar rechterlijke instanties hun e-bewijsbevelen naartoe kunnen sturen en die zorgt voor de ontvangst, naleving en ten­uitvoer­legging van Europese verstrekkings- en bewarings­bevelen. De wettelijk vertegenwoordiger moet zich fysiek in de EU bevinden.

De aangewezen vestiging of wettelijke vertegenwoordiger, en ook de dienstverlener zelf, kunnen aansprakelijk worden gesteld voor niet-opvolging van bevelen. De lidstaten zijn verplicht daartoe boetes in te stellen.

Achtergrond

Tot nu toe kostte het veel tijd en moeite om e-bewijs los te krijgen bij dienstverleners in een andere lidstaat. Aanbieders van onlinediensten bewaren gebruikers­gegevens op servers die in verschillende landen kunnen staan, zowel binnen als buiten de EU, waardoor het bewerkelijk is voor rechterlijke instanties om e-bewijs te vergaren.

In meer dan de helft van alle strafrechtelijke onderzoeken wordt een grens­overschrijdend verzoek om elektronisch bewijs­materiaal ingediend.

Volgende stappen

De verordening betreffende het Europees verstrekkingsbevel en het Europees bewaringsbevel is bindend in al haar onderdelen in alle lidstaten en wordt 36 maanden na inwerkingtreding van toepassing. De richtlijn inzake de aanwijzing van vestigingen en de aanstelling van wettelijke vertegenwoordigers moet binnen 30 maanden na inwerkingtreding worden omgezet (zodat de wettelijke vertegenwoordigers in functie zijn op het moment dat de verordening in werking treedt).

Lees ook:

Print Friendly and PDF ^