Schipper veroordeeld voor het niet verlenen van hulp aan drenkelingen

Rechtbank Noord-Nederland 9 maart 2018, ECLI:NL:RBNNE:2018:803

De rechtbank heeft een schipper veroordeeld tot een taakstraf van 180 uren voor het niet verlenen van hulp aan drenkelingen. De verdachte waarschuwde de Centrale Meldpost IJsselmeer maar voer door zonder een poging te doen om hulp te verlenen aan twee drenkelingen in het IJsselmeer. Na vergeefse reddingspogingen van bemanningsleden van andere schepen zijn beide drenkelingen verdronken.

Toen verdachte op 27 november 2015 als schipper met zijn motorvrachtschip over het IJsselmeer voer, vertelde een bemanningslid hem dat hij mensen hoorde schreeuwen en gillen en om hulp hoorde roepen. Verdachte heeft toen geconcludeerd dat er mensen in het water lagen. Daarop heeft hij de vaart uit zijn schip gehaald en de Centrale Meldpost IJsselmeer (CMIJ) en enkele tegemoetkomende schepen gewaarschuwd. Verdachte heeft ingeschat dat hij de drenkelingen geen reële hulp kon bieden, zonder zijn schip en bemanning in gevaar te brengen, omdat de weersomstandigheden slecht waren en zijn schip leeg en daardoor moeilijk te manoeuvreren was. Daarom is verdachte doorgevaren zonder te proberen hulp te verlenen aan de drenkelingen. De bemanningsleden van andere schepen hebben wel geprobeerd de drenkelingen te redden. Deze reddingspogingen zijn niet geslaagd en beide drenkelingen zijn verdronken.
 

Deskundige: ‘Verdachte had meer kunnen doen’

Volgens de ter terechtzitting gehoorde deskundige had verdachte wel hulp kunnen verlenen aan de drenkelingen zonder zijn eigen schip en de opvarenden daarvan aan ernstig gevaar bloot te stellen. Verdachte had met zijn schip tweemaal om kunnen gaan, waardoor het schip 360 graden zou zijn gedraaid en verdachte had kunnen terugkeren in de buurt van de locatie van de drenkelingen, waarna hij en zijn bemanning naar de drenkelingen hadden kunnen zoeken, voor anker hadden kunnen gaan, reddingsboeien hadden kunnen uitgooien en de bijboot te water hadden kunnen laten. De rechtbank heeft deze conclusie overgenomen.
 

Verwijtbaar gehandeld, maar verantwoordelijkheid voor dood niet vastgesteld

Het staat geenszins vast dat hulp die verdachte kon verlenen succesvol zou zijn geweest en dat de dood van de drenkelingen daarmee had kunnen worden voorkomen. De bewezenverklaring brengt dan ook niet met zich dat verdachte verantwoordelijk kan worden gehouden voor de dood van de drenkelingen. Dit doet er echter niet aan af dat verdachte de situatie zeer verkeerd heeft ingeschat en dat hij verwijtbaar heeft gehandeld door verder te varen zonder te proberen hulp te verlenen. Verdachte had onder de gegeven omstandigheden alles in het werk moeten stellen om te proberen de drenkelingen te redden. Het waarschuwen van de CMIJ en enkele tegemoetkomende schepen was volstrekt onvoldoende.”

Lees hier de volledige uitspraak.

 

 

Print Friendly and PDF ^