Vervolging wegens verwaarlozing rijksmonument

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 8 april 2025, ECLI:NL:GHARL:2025:2065

In de zaak betreffende de vervolging wegens verwaarlozing van een rijksmonument heeft het hof vrijspraak uitgesproken. Het oordeel luidde dat verwaarlozing van een rijksmonument pas sinds 2016 als een strafbaar feit kan worden aangemerkt. In dit specifieke geval verkeerde het monument echter al vóór die tijd in een zodanig slechte staat, dat zelfs sober en doelmatig onderhoud niet langer zou hebben kunnen bijdragen aan het behoud ervan. Met andere woorden, de situatie was al dermate verslechterd dat instandhouding via regulier onderhoud feitelijk onmogelijk was geworden, wat vervolging op basis van de latere wetgeving uitsloot.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Vordering benadeelde partij: Aanvangsdatum wettelijke rente t.a.v. materiële schade

Hoge Raad 8 april 2025, ECLI:NL:HR:2025:531

De wettelijke rente over materiële schade is verschuldigd vanaf het moment waarop de schade daadwerkelijk is ingetreden. Het hof oordeelde ten onrechte dat dit voor alle schadeposten de begindatum van de bewezenverklaarde periode was. De Hoge Raad corrigeert dit en bepaalt per schadepost een afzonderlijke ingangsdatum.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Drie jaar gevangenisstraf voor omvangrijke online handelsfraude, witwassen en computervredebreuk

Rechtbank Noord-Nederland 25 februari 2025, ECLI:NL:RBNNE:2025:1036

De verdachte is als medepleger betrokken geweest bij online handelsfraude door op verschillende websites goederen te koop aan te bieden, die – na ontvangst van de betaling door de slachtoffers – niet werden geleverd. Door de handelswijze van verdachte is een groot aantal slachtoffers financieel benadeeld. Daarnaast wordt door dit soort feiten ook het algemene vertrouwen dat het publiek in online handel heeft, aangetast. Ook heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan het witwassen van de geldbedragen, verkregen uit die online handelsfraude. Het geld dat met de online handelsfraude werd verkregen, werd naar andere rekeningen overgeboekt en vervolgens gepind door verdachte en/of aan hem overhandigd. Dit witwassen heeft een ontwrichtende werking op het financiële en economische verkeer. Op die manier heeft de verdachte ook derden bij zijn strafbare feiten betrokken.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR herhaalt kaders voor gebruik van getuigenverklaring zonder ondervragingsmogelijkheid

Hoge Raad 1 april 2025, ECLI:NL:HR:2025:494

De Hoge Raad oordeelt dat het hof de verklaring van een inmiddels overleden getuige voor het bewijs mag gebruiken, ondanks dat de verdediging hem niet heeft kunnen ondervragen. De verklaring is niet doorslaggevend en wordt ondersteund door andere bewijsmiddelen. Het proces als geheel is eerlijk verlopen en artikel 6 EVRM is niet geschonden.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR: Deel bewezenverklaring witwassen blijft in stand, motivering aankoop vastgoed schiet tekort

Hoge Raad 8 april 2025, ECLI:NL:HR:2025:539

De Hoge Raad verwerpt de klacht over het gebruik van het proces-verbaal van bevindingen en acht de motivering van het hof toereikend. Het oordeel dat verdachte het risico aanvaardde dat het geldbedrag van € 449.610 uit misdrijf afkomstig was, is niet onbegrijpelijk. Dit geldt ook voor het medeplegen van witwassen met medeverdachten die zijn veroordeeld voor hennephandel. Het oordeel over het onroerend goed in Nederland is echter onvoldoende gemotiveerd. De zaak wordt op dat onderdeel terugverwezen naar het hof.

Read More
Print Friendly and PDF ^