Verdachte wordt vanaf 1 maart actief gewezen op verhoorbijstand

Verdachten van strafbare feiten die zijn aangehouden of door de politie of een andere opsporingsinstantie worden uitgenodigd om te worden verhoord, hebben recht op bijstand van een advocaat tijdens het (politie)verhoor. Tenzij de verdachte expliciet afstand doet van dit recht of wanneer er een dringende noodzaak is om met het verhoor te beginnen, is er bij het verhoor dus een advocaat aanwezig. Vanaf 1 maart 2016 moet de verdachte, voor de start van het verhoor, door de opsporingsambtenaar actief worden gewezen op dit recht.

Voor iemand die verdacht wordt van een strafbaar feit waarvoor hij of zij in voorlopige hechtenis kan worden geplaatst (de zogenoemde A en B-zaken), is de verhoorbijstand kosteloos. De verdachte kan om een bij de Raad voor Rechtsbijstand ingeschreven voorkeursadvocaat vragen. Doet hij dat niet, dan krijgt hij een advocaat toegewezen die die dag ‘piketdienst’ heeft. Een advocaat inschakelen die niet op de piketlijst staat mag ook, maar de kosten zijn dan voor eigen rekening. Hetzelfde geldt voor verdachten die zijn uitgenodigd om te worden verhoord.

De politie, de advocatuur, de raad voor de rechtsbijstand, het Openbaar Ministerie, de bijzondere opsporingsdiensten en de Koninklijke Marechaussee hebben in de afgelopen periode maatregelen genomen om de bijstand van een advocaat tijdens het politieverhoor mogelijk te maken. Dit recht is onderdeel van twee wetsvoorstellen die binnenkort in de Tweede Kamer zullen worden behandeld. Vooruitlopend daarop kan een verdachte, als gevolg van een uitspraak van de Hoge Raad op 22 december 2015, nu al een beroep doen op het recht op verhoorbijstand.

Het ministerie van Veiligheid en Justitie heeft in samenwerking met alle betrokken partijen brochures gemaakt om burgers en professionals te informeren over de regels die op 1 maart 2016 ingaan.

Documenten

 

Print Friendly and PDF ^