Veroordeling wegens gewoontewitwassen
/Rechtbank Amsterdam 21 maart 2013, LJN CA0020
Verdachte heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan gewoontewitwassen. De handelingen die ten aanzien van de geldbedragen plaatsvonden, rechtvaardigen het vermoeden dat sprake is van witwassen van opbrengsten uit misdrijven. De verklaring van verdachte, namelijk dat hij fungeerde als koerier in het kader van Hawalabankieren, wordt door de rechtbank, bij gebreke van verifieerbaarheid en door de aanwezigheid van contra-indicaties voor de legale herkomst van de geldbedragen, zodanig onwaarschijnlijk geacht dat deze bij de vorming van het bewijsoordeel terzijde wordt gesteld. De rechtbank veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 15 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk.
Lees hier de volledige uitspraak.