Verruiming mogelijkheden tot het verbieden van rechtspersonen treedt in werking met ingang van 1 januari 2022
/De wet van 23 juni 2021 tot wijziging van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek ter verruiming van de mogelijkheden tot het verbieden van rechtspersonen (Stb. 2021, 310) treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.
De wet voegt in Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek mogelijkheden toe om te komen tot een verbod op radicale organisaties die tot doel hebben om de democratische rechtsstaat omver te werpen of af te schaffen. Hiermee wil de regering radicale of extremistische organisaties waarvan het doel of de activiteiten in strijd zijn met de openbare orde, stevig aanpakken.
Met dit voorstel wordt voor het Openbaar Ministerie de bewijslast verlicht om rechtspersonen die de samenleving ontwrichten, te verbieden en te ontbinden. Het wetsvoorstel beoogt te verduidelijken wat in Nederland in strijd is, of kan zijn, met de openbare orde. Ook wordt voor officieren van justitie de bewijslast verlicht om aan te tonen dat een organisatie aanzet tot haat en geweld of een bedreiging vormt voor de nationale veiligheid.
Daarnaast zorgt de wet ervoor dat leidinggevenden een bestuursverbod van drie jaar of meer kunnen krijgen wanneer een rechtspersoon verboden wordt verklaard. Dit voorkomt dat zij door kunnen gaan met hun activiteiten in een andere organisatie. Ook kan de rechter bevelen om activiteiten van een organisatie gedurende de procedure te stoppen. Het niet nakomen van zo’n rechterlijk bevel wordt strafbaar. De strafmaat voor het voortzetten van activiteiten van een door de rechter verboden rechtspersoon wordt verdubbeld, naar maximaal twee jaar gevangenisstraf.