Vordering AG cassatie in het belang der wet: billijkheid is maatstaf voor schadevergoeding na onterecht voorarrest
/Parket bij de Hoge Raad 26 juni 2018, ECLI:NL:PHR:2018:671
De maatstaf voor schadevergoeding na ten onrechte ondergane voorlopigehechtenis is de billijkheid zoals bedoeld in de wet. De in landelijk verband gemaakte afspraken tussen rechters over de berekening zijn van betekenis voor de uitleg van het begrip billijkheid. Van een billijke schadevergoeding is geen sprake als een gerechtshof de landelijke afspraken zonder toelichting structureel negeert. Dat schrijft advocaat-generaal Vegter in een vordering in een cassatie in het belang der wet.
Aanleiding voor de vordering zijn de bestaande verschillen in de rechtspraak van de gerechtshoven bij de berekening van het aantal dagen voorarrest dat in aanmerking komt bij de bepaling van de schadevergoeding.
Gewezen verdachten in strafzaken kunnen in aanmerking komen voor schadevergoeding als ze ten onrechte hebben vastgezeten. In de wet is bepaald dat toekenning van schadevergoeding plaatsheeft als daartoe gronden van billijkheid aanwezig zijn. Voor de berekening van die schadevergoeding zijn in landelijk verband afspraken tussen de rechters gemaakt. Die afspraken worden door het gerechtshof in Den Bosch niet volledig nagekomen. Dat Hof is namelijk van oordeel dat de eerste en de laatste dag van het voorarrest altijd volledig meetellen voor de vergoeding. Volgens de landelijk afspraak telt echter de laatste dag, de dag van de invrijheidstelling, niet mee. Er is geen goede reden waarom personen die voorarrest hebben ondergaan in het ressort Den Bosch volgens een andere systematiek worden beoordeeld dan elders in Nederland. Daardoor ontbreekt rechtseenheid in het land. Om die reden heeft advocaat-generaal Vegter een vordering tot cassatie in het belang der wet ingediend.
Het is nog niet bekend wanneer de Hoge Raad uitspraak doet.
Cassatie in het belang der wet
Het belang van de cassatierechtspraak is niet alleen te vinden in de controle op de juiste toepassing van het recht in een zaak, maar ook in de vorming van nieuw recht. Wordt in een bepaalde zaak geen cassatieberoep ingesteld of is cassatie niet mogelijk, dan kan de Hoge Raad niet zelf oordelen over in die zaak door rechtbank of gerechtshofbeoordeelde rechtsvragen. Toch kan in het algemeen belang beantwoording van een rechtsvraag door de Hoge Raad wenselijk zijn. In dat geval biedt de wet aan de procureur-generaal bij de Hoge Raad de mogelijkheid cassatie in het belang der wet in te stellen. Cassatie in het belang der wet heeft geen rechtsgevolgen voor de betrokken partijen.
Lees hier de volledige uitspraak.