Wetsvoorstel quarantaineplicht naar Tweede Kamer
/Op 16 april heeft het kabinet het wetsvoorstel waarin de quarantaineplicht voor reizigers uit zeer hoogrisicogebieden wordt geregeld naar de Tweede Kamer gestuurd. De quarantaineplicht is één van de maatregelen die het kabinet neemt om het risico op verspreiding van het virus door de komst van nieuwe virusmutaties tegen te gaan. Onderzoek toont aan dat reizigers zich slecht aan de quarantaineregels houden.
De quarantaineplicht houdt in dat alle reizigers uit aangewezen zeer hoogrisicogebieden, ongeacht met welk vervoersmiddel zij reizen, in ieder geval vijf dagen in quarantaine moeten tot zij een negatieve test afleggen. Zonder negatieve testuitslag duurt de quarantaine tien dagen. Reizigers moeten als zij naar Nederland komen een verklaring bij zich hebben waarin reis- en contactgegevens staan en zijn zelf verantwoordelijk voor een geschikte quarantaine-accommodatie. Overtreding van de quarantaineplicht kan leiden tot in ieder geval een bestuurlijke boete van 435 euro of een last onder dwangsom die afhankelijk is van de situatie, opgelegd door de burgemeester.
Minister De Jonge van Volksgezondheid, Welzijn en Sport: “We moeten voorkomen, zeker als er straks weer meer gereisd kan worden, dat mensen met virusmutaties in de koffer weer naar Nederland komen. Voor reizigers wordt quarantaine daarom verplicht.”
Het wetsvoorstel regelt ook de verplichting om over een negatieve testuitslag te beschikken als je met eigen vervoer naar Nederland reist uit hoogrisicogebieden. Voor reizigers per auto betekent het wetsvoorstel dat zij bij het binnen rijden gecontroleerd kunnen worden op het bezit van een negatieve testuitslag en een quarantaineverklaring. Wie per boot, trein of bus ons land binnen komt, wordt door de vervoerder gecontroleerd. Voor alle hoogrisicogebieden geldt vanaf de ingang van de wet de negatieve testverplichting. Enkel voor de zeer hoogrisicogebieden zal de quarantaineplicht gelden. Er is sprake van een zeer hoogrisicogebied als er een hoge mate van verspreiding van het virus is, er gevaarlijke virusvarianten voorkomen of als er onvoldoende getest of onderzoek gedaan wordt naar het virus. Dit wordt beoordeeld door het RIVM.
Het wetsvoorstel is een initiatief van de ministeries van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Justitie en Veiligheid, Infrastructuur en Waterstaat en Buitenlandse Zaken. Het kabinet heeft de adviezen van diverse maatschappelijke organisaties, waaronder de Autoriteit Persoonsgegevens en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten zo goed als mogelijk verwerkt in het wetsvoorstel. Ook de Raad van State heeft advies uitgebracht. De Tweede Kamer bepaalt nu wanneer zij het wetsvoorstel zal behandelen. Daarna gaat het voorstel naar de Eerste Kamer voordat de wet zo spoedig mogelijk in werking kan treden.