Witwassen: bewezenverklaarde voorhanden hebben van een gouden ketting
/Hoge Raad 4 maart 2014, ECLI:NL:HR:2014:480
Het gaat hier om het bewezenverklaarde voorhanden hebben van een (gouden) ketting die - naar in het oordeel van het Hof besloten ligt - afkomstig is uit een door verdachte zelf begaan misdrijf.
’s Hofs oordeel is ontoereikend gemotiveerd omdat daaruit niet zonder meer kan worden afgeleid dat sprake is van een gedraging die meer omvat dan het enkele verwerven of voorhanden hebben en die een op het daadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst van dat door eigen misdrijf verkregen voorwerp gericht karakter heeft. Het argument dat verdachte met zijn door het Hof als ongeloofwaardig aangemerkte verklaring “heeft willen verbergen of verhullen dat de ketting uit een misdrijf afkomstig was” zegt immers niets over het antwoord op de vraag of sprake is van een gedraging die gericht is op het daadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst van de ketting als hiervoor bedoeld, maar vormt een omstandigheid waaruit het Hof niet meer heeft kunnen afleiden dan dat de ketting een criminele herkomst heeft, te weten uit het door verdachte begane, onder 2 bewezenverklaarde, misdrijf.
Lees hier de volledige uitspraak.