15 maanden cel en beroepsverbod voor oud-bestuurder Slotervaart
/Rechtbank Amsterdam 25 november 2019, ECLI:NL:RBAMS:2019:8788
Een voormalige directeur van het Slotervaartziekenhuis wordt voor verduistering en valsheid in geschrift veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 maanden. Ze mag daarnaast ruim 6 jaar lang geen bedrijf of instelling besturen. De rechtbank acht bewezen dat de vrouw zich ruim 1,2 miljoen euro van het ziekenhuis heeft toegeëigend.
Valse facturen voor aankoop resort
De vrouw stond van 2006 tot 2013 aan het hoofd van het Amsterdamse ziekenhuis. Nadat ze eerder met een zakenpartner een Turks ziekenhuis had gekocht, wilde ze in 2008 een Turks resort kopen voor circa 10 miljoen euro. Om de overeenkomst voor deze privé-aankoop te kunnen sluiten, diende zij de verkopende partij een voorschot van 1 miljoen euro te betalen. De rechtbank stelt vast dat zij dit geld regelde door het Slotervaartziekenhuis valse facturen in rekening te brengen en te laten betalen. Dit geld heeft zij nooit aan het ziekenhuis terugbetaald.
Ziekenhuis geld voor privé-aandelen
Enkele jaren later, in 2011, kocht de vrouw via een persoonlijke bv voor 200.000 euro aan aandelen in een bedrijf dat een online platform voor de gezondheidszorg wilde ontwikkelen. Ook voor deze aankoop gebruikte ze geld van het ziekenhuis. Nadat ze de aandelen verkocht, betaalde ze de opbrengst niet terug aan het Slotervaartziekenhuis. In plaats daarvan sluisde ze het geld via haar privérekening door naar de rekening van haar minderjarige zoon.
Zelfverrijking
De rechtbank rekent het de vrouw zwaar aan dat zij zichzelf heeft verrijkt met geld van het ziekenhuis, dat bedoeld was voor zorgverlening. Bovendien neemt zij geen verantwoordelijkheid voor haar handelen. In plaats daarvan verschuilt zich achter de werkwijze van haar belangrijkste zakenpartner en haar successen uit het verleden. Ook wijst ze op vermeende fouten van anderen en vindt ze dat ze het geld niet hoeft terug te betalen. Dit maakt duidelijk dat ze het laakbare van haar handelen niet inziet, integendeel.
Gevangenisstraf
De rechtbank legt de vrouw voor haar handelen 15 maanden gevangenisstraf op. Hierbij houdt de rechtbank er rekening mee dat het om oude feiten gaat en dat de redelijke termijn tussen de start van het strafrechtelijk onderzoek en de uiteindelijke rechtszaak met 2,5 jaar is overschreden. Hierdoor valt de straf lager uit dan de 24 maanden die de officier van justitie had geëist.
Beroepsverbod
Naast de gevangenisstraf mag de vrouw 6 jaar en 3 maanden geen bestuursfunctie meer vervullen. De rechtbank acht deze bijkomende straf noodzakelijk omdat zij al eerder is veroordeeld voor vergelijkbare misdrijven. Hierdoor vreest de rechtbank dat zij in een bestuursfunctie opnieuw haar eigen financiële belangen zal vermengen met, of zal laten prevaleren boven de belangen van de rechtspersoon die zij bestuurt.
Lees hier de volledige uitspraak.