Column: De Azerbaijani laundromat, een nieuwe witwasmachine in een bekend jasje
/Door Dick Crijns (senior adviseur AMLC)
Eerder is al aandacht geweest voor de zogenaamde Russian laundromat, een witwasconstructie met een omvang van $20 miljard in de periode 2010-2014. De afgelopen weken is er, o.a. via het journalistencollectief OCCRP, een nieuwe soortgelijke constructie gepubliceerd: de Azerbaijani laundromat.
In dit artikel worden vier onderdelen besproken. Eerst in het kort de nieuwe constructie. Daarna een speciale rechtspersoon die veel gebruikt wordt in dit soort witwasconstructies, waarbij een paar voorbeelden en meer detailinformatie worden gegeven. In de derde paragraaf wordt stilgestaan bij de rol van de banken in de constructie en hoe het geld feitelijk in handen van de criminelen is gekomen. Tenslotte worden diverse voorbeelden gegeven van de bestedingen van het geld.
1.1. De constructie in het kort
De nieuwe constructie die aan het licht is gekomen wordt aangeduid met de Azerbaijani laundromat. Onze eerste analyse op basis van diverse publicaties[1] (waaronder 16.940 transacties) en andere bronnen geeft het volgende beeld. Via een groot aantal ondoorzichtige transacties die indirect te linken lijken te zijn aan (invloedrijke) personen in Azerbeidzjan, is er een bedrag van bijna $.3 miljard via een netwerk van vennootschappen neergeslagen bij met name 4 vennootschappen naar Schots recht. Dit geld, dat uitgeleend was door een bank, kon niet meer terugbetaald worden omdat de (rechts)personen die het geleend hadden, mede vanwege deze ondoorzichtige structuur niet meer te achterhalen bleken toen het geld opgeëist werd.
Vanuit deze 4 vennootschappen zijn weer aanzienlijke betalingen gedaan via wederom een veelheid aan tussenvennootschappen waarbij uiteindelijk, ten behoeve van invloedrijke personen te relateren aan Azerbeidzjan, grote privé-aankopen zijn gedaan danwel vermogen is weggezet. Daarnaast zijn ook aan corruptie te relateren betalingen gedaan.
Kortom een bekende witwasstructuur waarbij om onduidelijke redenen geld onttrokken wordt aan overheden/ bedrijven en deze via verhullende transacties uitkomen bij centrale vennootschappen (door ons vaak aangeduid als zandlopervennootschappen). Vanuit deze zandlopers wordt het geld dan weer verhuld weggezet ten behoeve van privé-uitgaven of andere betalingen (bijv. corruptie/omkoping).
1.2. Welke informatie hebben we nu
Deze transacties hebben plaatsgevonden in de periode 2012-2014 dus vrijwel gelijk met de Russian laundromat. Gelukkig zijn, anders dan bij eerdere witwasconstructies, hier door het journalistencollectief OCCRP en de Deense krant Berlingske veel detailgegevens gepubliceerd. De journalisten kregen de details via een lek in handen. Vanuit het AMLC hebben we mede ten behoeve van andere partners deze informatie geanalyseerd. Zoals al aangegeven gaat het om bijna 17.000 transactiedetails en een totaal aan doorgestroomd vermogen van ruim $.6 miljard. Daarbij is gebruik gemaakt van 350 verschillende rechtspersonen om te betalen en 1914 (rechts)personen die uiteindelijk geld ontvangen hebben. Kortom een grote hoeveelheid gegevens die misschien nog niet alle details inzichtelijk maken en waarbij we ook kunnen constateren dat er detailfouten in de data lijken te zitten. Maar ze onderbouwen wel de stelling dat hier geld wordt witgewassen.
1.3. Hoe ging het in zijn werk
Ondanks dat niet geheel duidelijk is hoe het geld exact binnenkomt lijkt wel aannemelijk dat bijna de helft ($.1.452.918.429,-- in 530 transacties in 2013 en 2014) overgemaakt is via de IBA (International Bank of Azerbaijan) door een shell company die gelinkt is aan de familie Aliyev (president van Azerbeidzjan) en andere lokale machthebbers. Dit bedrijf Baktelekom MMC lijkt qua naam sterk op het telecombedrijf BakteleCom maar is echt een andere vennootschap en blijkt gevestigd in een gewoon appartement in de hoofdstad van Azerbeidzjan Baku. Hoe het bedrijf aan het geld gekomen is, is niet helemaal duidelijk (zie later “Rol van IBA”). Ook de andere grote funders (waaronder Faberlex LP en Jetfield Networks Ltd) zijn te linken aan hoge overheidsfunctionarissen danwel voeren opdrachten uit voor de regering van Azerbeidzjan. Naast deze inkomsten komt er bijna $.8,5 miljoen rechtstreeks van overheidsorganisaties zoals defensie, staatsveiligheid etc. Maar ook komt $.29 miljoen van het bedrijf Rosoboronexport (een Russische staats-wapenexporteur).
Nadat het geld binnengekomen is loopt het via diverse andere vennootschappen, waarvan volgens de OCCRP er ook 33 voorkomen in de Russian laundromat, naar 4 zandlopervennootschappen. Van hieruit wordt het geld weer herverdeeld (zie paragraaf 4.1. ev. De bestedingen van het geld).
2.1. De rol van (Scottisch) Limited Liability Partnership
Voordat we verder gaan met de bestedingen van het geld is het goed stil te staan bij met name een gebruikte rechtspersoonlijkheid binnen de constructie, namelijk de Limited Liability Partnership (LLP’s of ook wel Scotish LP genoemd).
Van de 4 (zandloper-)rechtspersonen hebben er drie de rechtsvorm van een Limited Liability Partnership. De LLP/SLP (hierna samen LP genoemd) is in dit geval een rechtsvorm naar Engels/Schots recht maar komt ook in andere landen voor.
LP’s zijn rechtsvormen die deels te vergelijken zijn met de Nederlandse CV, VOF of maatschap. Ze zijn fiscaal transparant, d.w.z. dat niet het bedrijf maar de eigenaar belastingplichtig is. Bij LP’s is sprake van beperkte aansprakelijkheid maar ze kunnen wel weer zelfstandig juridisch eigenaar zijn van zaken of overeenkomsten aangaan.
LP’s worden steeds meer gebruikt. Zo blijkt dat er tussen 2006 en 2016 een vertienvoudiging[2] te zien is van deze rechtspersonen. Maar ook lijken ze een steeds belangrijkere rol te spelen in witwas/verhullingsconstructies o.a. vanwege deze bijzondere combinatie van transparantie in fiscaliteit, eigendom etc. Daar staat echter tegenover dat ze uiteindelijk weinig transparant zijn doordat het feitelijke eigenaarschap afgedekt kan worden. Een aardige indicatie van het belang van deze rechtsvorm voor witwassen is dat deze expliciet genoemd wordt in de serie Narcos als essentiële rechtspersoon.
In de Azerbeidzjaanse casus zijn twee van de LP’s (Hilux services en Polux Management) eigendom van dhr. Ahmadov,[3] een taxichauffeur uit een buitenwijk van Baku. Overigens bezit deze persoon ook de hiervoor genoemde vennootschap Faberlex die een deel van de funding verzorgt.
Daarnaast lijken de moedervennootschappen van de derde zandloper LP (Metastar LLP) uit Belize afkomstig te zijn en ook een relatie te hebben met een groot deel van de in de laatste jaren opgerichte nieuwe LP’s. Onder deze LP’s bevindt zich ook Armut Services LLP, een vennootschap die weer een rol speelde in een eerdere witwaszaak uit 2008[4].
Uit onze analyse blijkt dat minimaal 75% van de bedragen in de constructie is gelopen via LP’s.
Inzake de LP’s is verder nog opvallend dat van de in de laatste 10 jaar nieuw opgerichte LP’s 70% op maar 10 adressen is ingeschreven. Op het adres waar Polux en Hilux ingeschreven zijn, staan ook nog bijna 800 andere rechtspersonen ingeschreven. Overigens is het in 2017 wel verplicht geworden dat de eigenaren van de LP’s transparant zijn. Vanuit het AMLC is afgelopen jaar al regelmatig contact geweest met de Engelse collega’s inzake het gebruiken van LP’s binnen mogelijk verdachte situaties. Mocht je dus tegen deze rechtsvorm aanlopen in aan mogelijk witwassen te relateren situaties kan het zinvol zijn even contact op te nemen.
2.2. Rol vennootschappen bij omkoping
Een concreet voorbeeld van het feitelijk gebruik van de rechtspersonen die we nu kennen, is dat volgens een Italiaans onderzoek naar omkoping/steekpenningen de eerdergenoemde vennootschappen Faberlex en Jetfield Networks (die eigendom waren van onze taxichauffeur) zijn gebruikt door Elkhan Suleymanov (Azerbeidzjaanse parlementariër en lid van de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa) om deItaliaanse parlementariër Luca Volonte te betalen. Recentelijk heeft ook de Nederlandse parlementariër Pieter Omtzigt zich hier duidelijk over uitgelaten en is duidelijk geworden dat er waarschijnlijk meer leden van de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa betrokken zijn[5].
3.1. De rol van de International Bank of Azerbaijan (IBA)
Zoals eerder reeds aangegeven speelde de IBA een cruciale rol in het geheel. In 2015 bleek dat deze bank de afgelopen jaren op zeer grote schaal leningen verstrekt had aan zakenmensen maar ook aan offshore vennootschappen. Deze leningen bleken grotendeels waardeloos te zijn omdat ze niet terugbetaald werden of konden worden omdat met name de offshore vennootschappen onbekend waren. De CEO van de bank zit nu in de gevangenis en de schade lijkt minimaal $.1 miljard te zijn. Maar of het niet meer is betwijfel ik. Zeker als je weet dat begin van dit jaar IBA in rechtszaken in het VK en de USA zich heeft proberen te beschermen tegen haar grote schuldeisers zoals Cargill (groot internationaal handelsbedrijf), Credit Suisse (bank) maar ook SOFAZ (het staats oliebedrijf van Azerbeidzjan). De schuld van IBA zou $.3,3 miljard zijn. In het kader van de redding van de bank is deze intussen voor meer dan ¾ in staatshanden gekomen.
Mede gezien dit patroon van het verstrekken van grote leningen aan offshore vennootschappen zou het ook goed mogelijk kunnen zijn dat Baktelekom MMC haar gelden uit een lening van IBA verkregen heeft.
3.2. De rol van de Danske bank in Letland
Uit de detailgegevens van de Russian laundromat blijkt dat veel van de vennootschappen die een rol spelen bij het proces van het door laten stromen van gelden een bankrekening hebben in Letland bij de Danske bank. Ook in deze casus blijkt wederom dat door de betrokken vennootschappen een bankrekening wordt aangehouden bij deze bank in Letland. Door de bank is in het verleden naar aanleiding van signalen in eerdere witwaszaken aangegeven dat zij de signalen pas laat onderkend heeft. Door het hoofd juridische zaken van de bank is gezegd dat men maatregelen genomen heeft, maar geen garanties voor de toekomst kan geven.
4.1. De bestedingen van het geld
Er is inmiddels een heel aantal voorbeelden van bestedingen bekend geworden in ruim 80 landen (na het VK is Turkije een goede 2e). In dit kader komt ook een aantal Nederlandse bedrijven naar voren, waarbij nog steeds onduidelijk is of deze bedrijven een rol gespeeld hebben in het witwassen of alleen ge- of misbruikt zijn danwel waar alleen reguliere aankopen gedaan zijn.
In samenhang met constructies die ongeveer gelijk zijn aan de Azerbeidzjan-zaak, is er op dit moment met andere landen overleg over of en hoe dergelijke zaken aangepakt moeten worden in Nederland danwel in breder verband. Overigens zijn in Engeland maar ook in het Europese parlement[6] al vragen over de betrokkenheid van Engeland en EU-lidstaten gesteld of in voorbereiding.
Mochten jullie een mogelijk Nederlands signaal onderkennen, dan graag zo snel mogelijk contact opnemen met het AMLC zodat dit meegenomen kan worden in de internationale afstemming.
De voorbeelden van het gebruik zijn divers van aard. Zoals al aangegeven is er een rol bij de omkoping van een (of meer) parlementariër(s), maar ook betalingen richting een voetbalclub of aankoop van dure privé-goederen.
4.2. Betalingen tbv familie Eyyobov
Er zijn ook bankafschriften waaruit blijkt dat vanuit de centrale zandlopervennootschappen direct of indirect via tussenvennootschappen ziektekosten betaald worden van een zeer belangrijke parlementariër uit Azerbeidzjan (Eyyobov). Daarnaast krijgt zijn zoon miljoenen toegeschoven. Zo maakte zandlopervennootschap Meta Star Invest LLP direct ziektekosten over (zie voorbeeld).
Op vragen is door Eyyobov aangegeven dat Meta Star “Concierge services” verleende en dat het naar buiten brengen van deze gegevens een poging is het regime onder druk te zetten.
Ook zou er in 27 transacties $9 miljoen naar Velasco International Inc. (BVI company) zijn gegaan. Publicaties uit diverse landen uit de z.g. Panama Papers (Mossack & Fonseca documenten) geven aanwijzingen dat familieleden van Eyyobov achter deze vennootschap zitten. Velasco Inc. bezit onroerend goed en bij een bezoek aan 2 appartementen van de vennootschap in Baku door een journalist zou aangegeven zijn dat de zoon Yaqub Eyyubov de eigenaar zou zijn.
4.3. Andere betalingen
Een groot aantal bedrijven dat geld ontvangen heeft is recentelijk ook bekend gemaakt. Gezien alle voorgaande opmerkingen en de stukken die gepubliceerd zijn over mogelijk witwassen en corruptie lijkt deze informatie zinvol t.b.v. een verdere analyse. Om deze reden kijken wij als AMLC of we deze informatie evt. samen met andere landen goed inzichtelijk kunnen vastleggen voor nadere data-analyse.
Tenslotte wordt nog even stilgestaan bij een voorbeeld van een geheel andersoortige betaling. Een deel van de betalingen is aan grote bekende bedrijven. Zo wordt er in 4 transacties $. 5.521.514,-overgemaakt aan Ericsson AB. In dit geval lijkt het ook echt om het grote telecombedrijf te gaan en in de omschrijving bij de betaling komen ook verwijzingen naar factuurnummers naar voren. Op het eerste oog lijken het dus gewone betalingen. Echter volgens Ericsson bestaat er geen zakenrelatie met het bedrijf dat de betaling heeft verricht, in dit geval de 4e zandlopervennootschap nl LCM Alliance. Onduidelijk is nog hoe Ericsson met deze ontvangst is omgegaan en of en hoe dit bedrag terugbetaald is. Uit andere onderzoeken naar Laundromat-achtige constructies is het AMLC bekend geworden dat veelvuldig betalingen plaatsvinden aan grote internationale concerns. Deze worden veelal als onverdacht aangemerkt bij de betaling. Op dit moment wordt gewerkt aan een project om in samenwerking met andere landen meer zicht te krijgen op dit soort transacties.
Mochten jullie een soortgelijke werkwijze tegenkomen en mogelijke verdenkingen van witwassen hebben verzoeken we jullie contact op te nemen met het AMLC.
5. Slot
Kortom een nieuwe openbaarmaking van een mogelijke witwasconstructie. Wij hopen dat de informatie die gebruikt is voor de reconstructie van de laundromat ons kan helpen om witwassen aan te pakken, maar vooral ook om constructies te doorgronden. Daarnaast moeten we niet vergeten de beschikbare informatie te vertalen naar preventieve maatregelen in de strijd tegen witwassen en terrorismefinanciering, zodat we niet alleen bijzondere transacties zoals (ondoorzichtige) vennootschappen met bankrekeningen in andere landen als risico onderkennen, maar ook bepaalde transacties die op het eerste gezicht normaal lijken (welke red flags zien we als we terugkijken?). Daarmee zijn we beter in staat om de werkwijze achter regulier lijkende betalingen aan bedrijven zoals het voorbeeld van Ericsson te doorgronden, en ervoor te zorgen dat deze bedrijven niet meer gebruikt kunnen worden in een witwastraject.
Voetnoten
[1] OCCRP en the Guardian
[2] http://www.transparency.org.uk/publications/offshore-in-the-uk/
[3] Logisch gezien vereisten Section 155 of the Companies Act 2006, uit oktober 2008, “required that all UK private and limited companies must have at least one director that is a natural person” (http://www.legislation.gov.uk/ukpga/2006/46/section/155)
[4] Magnitsky/Red Notice casus
[5] Algemeen Dagblad 19 september 2017
[6] https://www.occrp.org/en/azerbaijanilaundromat/eu-parliament-demands-investigation-into-azerbaijani-laundromat-revelations