Corona-spoedwet in werking getreden

De Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid (de corona-spoedwet) is vandaag in het Staatsblad gepubliceerd en daarmee in werking getreden. Sommige bepalingen gelden met terugwerkende kracht vanaf 16 maart. De wet is bedoeld om het wetgevingsproces, de rechtspraak en het openbaar bestuur zo goed mogelijk te laten functioneren onder de beperkende coronamaatregelen en geldt tot 1 september 2020, maar kan zo nodig met telkens 2 maanden worden verlengd. 

Videoverbinding of telefoon

De spoedwet regelt onder andere dat de Rechtspraak in meer gevallen elektronische communicatiemiddelen kan inzetten, zodat advocaten en procespartijen niet fysiek aanwezig hoeven te zijn in de rechtszaal maar zaken toch zoveel mogelijk kunnen worden behandeld. Voor civiele en bestuursrechtelijke zaken maakt de spoedwet mogelijk - met terugwerkende kracht vanaf 16 maart -  dat de mondelinge behandeling plaatsvindt via een videoverbinding of, als het echt niet anders kan, per telefoon. De rechter bepaalt de wijze van behandeling, waar mogelijk na overleg met betrokkenen.

Kantonzaken

Wie voor de kantonrechter wordt gedaagd hoeft niet naar de rechtszaal te komen, maar kan per brief, e-mail of telefonisch aangeven dat hij wil opkomen tegen de dagvaarding. Dat staat in een brief die met de dagvaarding wordt meegestuurd. Daarin wordt duidelijk uitgelegd hoe de gedaagde contact kan opnemen met het gerecht.

Strafzaken

Voor strafzaken geldt dat de bestaande mogelijkheid om mensen te horen, verhoren of ondervragen via een videoverbinding tijdelijk wordt verruimd; hiervoor kan ook gebruik worden gemaakt van (groeps)telefonie. Gaat het om beslissingen over vrijheidsbeneming, zoals voorgeleiding voor de rechter-commissaris in verband met inbewaringstelling of een zitting over een vordering tot gevangenhouding of gevangenneming, dan moeten rechter en verdachte elkaar kunnen zien en mag alleen in uiterste noodzaak worden uitgeweken naar de telefoon.

De wet biedt ook een tijdelijke voorziening om fysieke zittingen in strafrechtelijke procedures te vervangen door een mondelinge behandeling via de telefoon, maar dat geldt niet voor de inhoudelijke behandeling van de strafzaak (in verband met het belang van openbaarheid) of wanneer gevangenneming of –houding aan de orde is.

Print Friendly and PDF ^