'Daderschap van de rechtspersoon sinds het Drijfmest-arrest - Stilstaand water'
/In deze bijdrage staat de wat achter blijvende ontwikkeling van de rechtspraak rondom het daderschap van de rechtspersoon centraal. Vertrekpunt vormt het Drijfmest-arrest uit 2003. De feiten die ten grondslag lagen aan dat standaardarrest zijn weinig prozaïsch. Mest werd uitgereden over landerijen die door een rechtspersoon werden beheerd. Deze rechtspersoon was niet de eigenaar van de landerijen. De rechtspersoon wist niet wie de mest had uitgereden en had hiervoor geen toestemming gegeven. Hij werd hier wel strafrechtelijk aansprakelijk voor gehouden. De casus bracht de Hoge Raad tot het formuleren van de criteria voor daderschap van rechtspersonen. Het zou aan de rechter zijn om invulling te geven aan de criteria. Vrij snel na het arrest verschenen enkele mooie bijdragen in de literatuur, waarin naast waardering ook vragen werden opgeworpen. De rechtsontwikkeling in de jurisprudentie biedt vervolgens een karig beeld. De overwegingen uit het Drijfmest-arrest zijn vaak letterlijk terug te vinden. Het beeld is wisselend maar regelmatig is sprake van een wat obligate invuloefening van de omstandigheden. Kortom, de rechtspraak heeft zich in de ruim tien jaar sinds de Drijfmest-overwegingen niet erg doorontwikkeld.
Met dit in het achterhoofd brengt de auteur enkele eerder in de literatuur al aan de orde gestelde vraagpunten opnieuw onder de aandacht. Eerst staat hij stil bij het onderscheid tussen het toerekenen van gedragingen aan natuurlijke personen aan de rechtspersonen en rechtsreeks daderschap van rechtspersonen. Vervolgens gaat de auteur in op de relevantie van 'de aard van de gedraging'. Daarna wordt aandacht besteed aan de rangorde van de aan de orde zijnde omstandigheden, op basis waarvan volgens de Hoge Raad sprake kan zijn van een gedraging 'in de sfeer van de rechtspersoon'. In dat verband wordt bezien of er ruimte is, dan wel behoefte of noodzaak, voor enige uitbreiding dan wel aanpassing van de 'Drijfmest-omstandigheden'.
Inhoud artikel
- Inleiding
- Toerekenen en rechtstreeks daderschap
- Wat is de relevantie van de aard van de (verboden) gedraging en welk belang komt de aard van het delict toe?
- Hoe worden omstandigheden in de sfeer van de rechtspersoon gewogen en is aanvulling, aanpassing van deze omstandigheden gewenst?
- Conclusie
Lees verder:
- Daderschap van de rechtspersoon sinds het Drijfmest-arrest - Stilstaand water door J.T.C. Leliveld in Tijdschrift voor Sanctierecht en Onderneming 2/3 2015.
Dit artikel is enkel te raadplegen indien u bent geabonneerd op het Tijdschrift voor Sanctierecht en Onderneming.