Directeur meubelketen veroordeeld tot 30 maanden gevangenisstraf wegens het zich meermalen, gedurende lange periodes, schuldig maken aan belastingfraude en valsheid in geschrift

Gerechtshof Arnhem 9 november 2012, LJN BY3187 (gepubliceerd op 14 november 2012) Verdachte heeft zich meermalen, gedurende lange periodes, schuldig gemaakt aan belastingfraude en valsheid in geschrift. Het hof rekent de verdachte aan dat hij geen enkele intentie heeft gehad om ofwel belastingaangifte te doen ofwel om op een juiste wijze aangifte te doen. Verdachte heeft zijn eigen financiële gewin laten prevaleren en daardoor de fiscus fors (voor meer dan een miljoen euro) benadeeld. Daarnaast werkt het niet afdragen van omzetbelasting concurrentievervalsend naar bedrijven die zich wel aan hun fiscale verplichtingen houden.

Het door verdachte veroorzaakte nadeel voor de omzetbelasting in de periode januari 2007 tot en met juni 2010 wordt door de Belastingdienst berekend op € 2.256.376. Door niet afgedragen bedragen voor de loonheffing is een nadeel berekend van € 2.611.500.

Daarnaast is vastgesteld dat verdachte en zijn partner (en medeverdachte), buiten de aan hen betaalde salarisbetalingen, vanaf het persoonlijke faillissement van verdachte op 15 juni 2006 tot en met juli 2010 ten minste € 1.421.676,30 hebben onttrokken aan de diverse BV’s binnen de meubelketen.

Verdachte heeft verschillende BV’s met veel schulden overdragen aan personeelsleden of aan bekenden van hem die hij liet optreden als bestuurder van die vennootschap. Een aantal van deze betrokkenen wordt thans geconfronteerd met financiële problemen vanwege omvangrijke vorderingen die de fiscus tegen hen instelde. Verdachte zelf heeft met zijn handelwijze nadrukkelijk geprobeerd uit het zicht van de fiscus te blijven.

Verdachte heeft zich tevens meermalen schuldig gemaakt aan valsheid in geschrift. Hiermee heeft verdachte misbruik gemaakt van het vertrouwen dat in het maatschappelijk verkeer pleegt te worden gesteld in schriftelijke stukken met bewijsbestemming.

Bij de straftoemeting zoekt het hof aansluiting bij de oriëntatiepunten in fraudezaken van het landelijk overleg van voorzitters van de strafsectoren van de gerechtshoven en rechtbanken waarbij het benadelingsbedrag als uitgangspunt wordt genomen. Voor een benadeling van meer dan een miljoen euro geldt een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden als oriëntatiepunt. De omstandigheden dat verdachte ook meermalen valsheid in geschrift heeft gepleegd en dat hij er niet voor is teruggedeinsd om door zijn handelen ook veel anderen in financiële en andere problemen te brengen werkt strafverzwarend.

In strafmatigende zin weegt mee dat blijkens het uittreksel justitiële documentatie niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke feiten

Alles afwegende, waarbij het hof mede in aanmerking neemt de aan de medeverdachten in deze zaak opgelegde straffen, komt het hof tot het oordeel dat een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden passend en geboden is. Het hof realiseert zich dat deze straf inhoudt dat, in tegenstelling tot wat door de verdediging is bepleit, verdachte na de schorsing uit de voorlopige hechtenis wederom detentie zal moeten ondergaan en dat dit zijn toekomstplannen zal doorkruisen. Om verdachte de tijd te geven om zich voor te bereiden op zijn detentie zal het hof niet, zoals door de advocaat-generaal gevorderd, de schorsing van de voorlopige hechtenis opheffen, maar de geschorste voorlopige hechtenis opheffen.

 

Lees hier de volledige uitspraak.

Print Friendly and PDF ^