Nederland ontvangt ingebrekestelling voor niet (tijdig) implementeren Klokkenluidersrichtlijn
/Op 17 december jl. diende de Klokkenluidersrichtlijn omgezet te zijn naar nationaal recht. Nederland heeft niet aan deze verplichting voldaan. Op dit moment is het voorstel voor de Wijziging van de Wet Huis voor klokkenluiders ter implementatie van de Europese richtlijn over bescherming van personen die inbreuken op het Unierecht melden bij de Tweede Kamer in behandeling. Dit wetsvoorstel is op 1 juli 2021 ingediend. Als gevolg van het niet voldoen aan de deadline heeft Nederland nu een ingebrekestelling ontvangen van de Europese Commissie.
Met de ingebrekestelling is de officiële infractieprocedure gestart. Nederland moet binnen twee maanden op de ingebrekestelling reageren. Op basis van de reactie van Nederland brengt de Europese Commissie een met redenen omkleed advies aan Nederland uit. Als Nederland vervolgens in gebreke blijft, maakt de Europese Commissie in beginsel automatisch de zaak aanhangig bij het Europese Hof van Justitie met mogelijk een forse boete en/of dwangsom tot gevolg.
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Bruins Slot, schrijft aan de Kamer dat hij een dergelijke procedure graag voorkomt. Hij gaat dan ook spoedig met de Kamer in overleg om te bezien op welke punten het wetsvoorstel kan worden aangevuld. Dit in aanvulling op de wijzigingen die zijn ambtsvoorganger al bij (eerste) nota van wijziging van 14 december jl. in het wetsvoorstel heeft aangebracht.
Het streven is om binnen afzienbare tijd te komen tot een wetsvoorstel ter implementatie van de EU-klokkenluidersrichtlijn waarmee de Kamer kan instemmen en waarmee tegelijkertijd een beroepsprocedure bij het Hof wordt voorkomen.