Oproeping aan rechtspersoon in buitenland moet worden toegezonden naar het statutaire vestigingsadres
/Rechtbank Rotterdam 18 juni 2020, ECLI:NL:RBROT:2020:6166
De officier van justitie heeft in zijn ontnemingsvordering d.d. 24 februari 2020 gevorderd dat de rechtbank het bedrag vaststelt waarop het wederrechtelijk verkregen voordeel als bedoeld in artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht wordt geschat en de veroordeelde rechtspersoon de verplichting oplegt tot betaling aan de Staat van het geschatte voordeel, welk voordeel door de officier van justitie is gesteld op € 2.544.783,03. In de ontnemingsvordering is tevens vermeld dat naam rechtspersoon wordt opgeroepen om te verschijnen op de terechtzitting.
Geldigheid oproeping
Namens naam rechtspersoon is niemand ter terechtzitting verschenen.
In het dossier bevindt zich een akte van uitreiking die is gericht aan naam rechtspersoon , maar verder niet is ingevuld.
Juridisch kader
De veroordeelde rechtspersoon is gevestigd in Liberia. Wat betreft de beoordeling van de toepasselijke regeling, dient Liberia als “buitenland” te worden beschouwd.
Voor de uitreiking van gerechtelijke stukken aan een rechtspersoon in het buitenland bestaat in het Wetboek van Strafvordering geen afzonderlijke bepaling. Voor 1 januari 2020, de datum van de inwerkingtreding van de Wet herziening tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen Wet USB), golden op grond van art. 532 Sv (oud) de bepalingen met betrekking tot de uitreiking van gerechtelijke stukken aan natuurlijke personen in het buitenland (artikel 588, tweede en vierde lid, Sv (oud)) ook voor rechtspersonen.
Sinds de inwerkingtreding van de Wet USB is de uitreiking van gerechtelijke stukken aan natuurlijke personen in artikel 36e Sv geregeld. Artikel 36e, derde lid, Sv bepaalt dat de uitreiking van gerechtelijke stukken aan een geadresseerde van wie de woon- of verblijfplaats in het buitenland bekend is, geschiedt – kort gezegd – door toezending van de gerechtelijke mededeling.
Artikel 36j Sv regelt de uitreiking van gerechtelijke stukken aan een rechtspersoon. De kennisgeving geschiedt aan de woonplaats van de rechtspersoon, de plaats van het kantoor van de rechtspersoon of aan de woonplaats van een van de bestuurders. De woonplaats van de rechtspersoon is de plaats waar deze statutair is gevestigd.
Artikel 36m Sv regelt welke betekenisvoorschriften van overeenkomstige toepassing zijn op de uitreiking van gerechtelijke stukken aan een rechtspersoon. Daarin is artikel 36e, derde lid, Sv niet van overeenkomstige toepassing verklaard. Wel zijn artikel 36e, tweede en vierde lid, Sv hierop van overeenkomstige toepassing verklaard. Naar het oordeel van de rechtbank is dit een fout in de Wet USB en had de wetgever in artikel 36m Sv behoren te verwijzen naar artikel 36e, derde en vierde lid, Sv. In de Memorie van Toelichting bij artikel 36e Sv (pag. 58, tweede alinea) staat immers:
“Het voorgestelde derde en vierde lid corresponderen met het tweede en vierde lid van het huidige artikel 588 Sv. Aan deze huidige bepalingen wordt inhoudelijk niets gewijzigd.”
De rechtbank zal artikel 36m Sv daarom verbeterd lezen in die zin dat hierin – voor zover hier relevant – wordt verwezen naar artikel 36e, derde lid, Sv. Op basis hiervan concludeert de rechtbank dat de oproeping aan de rechtspersoon had dienen te worden toegezonden naar het statutaire vestigingsadres.
Beoordeling
Het vorenstaande betekent dat de uitreiking van de oproeping voor de zitting van 18 juni 2020 aan naam rechtspersoon had moeten plaatsvinden conform artikel 36e, derde lid, Sv, en dus door toezending van de oproeping. Uit de akte van uitreiking, waarop slechts de adresgegevens van naam rechtspersoon en de datum van de zitting zijn vermeld, blijkt niet dat de oproeping is verzonden. Gelet hierop is niet gebleken dat de oproeping op de bij de wet voorgeschreven wijze aan naam rechtspersoon is uitgereikt. Ook overigens blijkt uit het dossier niet dat de oproeping naam rechtspersoon heeft bereikt.
De rechtbank zal de oproeping daarom nietig verklaren.
Lees hier de volledige uitspraak.