Speerpunten 2016 toezicht DNB

Transactiemonitoring, de systematische integriteitsrisico-analyse (SIRA) en de audit: dat zijn de speerpunten voor het toezicht in 2016, aldus Juliëtte van Doorn, afdelingshoofd toezicht bij De Nederlandse Bank. Transactiemonitoring is een essentieel onderdeel voor trustkantoren om de integriteitsrisico’s te kunnen beheersen. Dit kan niet alleen stoelen op de oplettendheid van één accountmanager. Het is noodzakelijk dat het gehele trustkantoor voldoende kennis en inzicht heeft in de geldstromen, investeringen en de business van de klant. Dit moet een trustkantoor kunnen vertalen naar een gedetailleerd transactieprofiel, waaraan vervolgens de transacties van de klant worden getoetst. Zo kunnen hoogrisicotransacties en ongebruikelijke transacties tijdig worden herkend. Van trustkantoren wordt gevraagd zowel realtime te monitoren, dus ten tijde van een concrete transactie, als post-event. Bij post-eventmonitoring kijkt het trustkantoor niet alleen naar de individuele transactie, maar juist ook naar het patroon en de logica van meerdere (samenhangende) transacties, aldus Van Doorn.

De SIRA was afgelopen jaar al een groot onderwerp. In 2015 heeft DNB hier al breed, in verschillende sectoren, naar gekeken. Daarbij bleek dat trustkantoren achterblijven bij het gemiddelde in de financiële sector. DNB verwacht dat de trustkantoren inmiddels een SIRA van voldoende kwaliteit en diepgang hebben, en daarbij gebruikmaken van de door DNB geleverde guidance. Ook verwacht DNB dat de analyse zich niet beperkt tot de risico’s van vandaag, maar juist ook kijkt naar die van morgen. De audit is, net als de SIRA, sinds een jaar verplicht. De sector is hier zelf mee aan de slag gegaan en denkt actief na over de inrichting van deze auditfunctie. Zo heeft branchevereniging Holland Quaestor guidance opgesteld voor haar leden hoe een auditfunctie vormgegeven moet worden. DNB zal in 2016 bekijken hoe trustkantoren de auditfunctie in de praktijk uitvoeren.

Lees verder:

 

Print Friendly and PDF ^