Veroordeling voormalig politieambtenaar voor poging tot afdreiging, opzettelijke schending van een ambtsgeheim en computervredebreuk

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 23 maart 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:1959

Verdachte was ten tijde van de ten laste gelegde feiten een politieambtenaar. Hij heeft gedurende enige tijd op een homo-ontmoetingsplaats van daar geparkeerde auto’s de kentekens genoteerd. Verdachte heeft 77 van die kentekens bevraagd via het politieaccount van zijn collega benadeelde 5. Dit deed hij zonder haar toestemming, nadat hij eerder haar wachtwoord had afgekeken. Vervolgens heeft verdachte aan 29 personen een brief gestuurd, inhoudende dat zij naar hun woning zijn gevolgd en dat de foto’s van de activiteiten bij de parkeerplaats openbaar zouden worden gemaakt aan hun familie en omgeving, tenzij de slachtoffers bitcoins ter waarde van €1.000 euro per persoon zouden kopen en overdragen aan verdachte. Op deze wijze heeft verdachte geprobeerd deze personen af te dreigen. Vier pogingen tot afdreiging zijn ten laste gelegd en bewezen verklaard. Zestien pogingen tot afdreiging, waarvan ook aangifte en klacht is gedaan, zijn ad informandum gevoegd. Verdachte heeft deze feiten erkend. 

Verdachte heeft door zijn handelen ernstig inbreuk gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van zijn beoogde slachtoffers. Een aantal van hen heeft bij de politie verklaard dat zij in de veronderstelling verkeerden dat er daadwerkelijk foto’s waren gemaakt en dat deze foto’s openbaar zouden worden gemaakt als zij niet zouden betalen. Bovendien bestond bij sommigen de indruk dat zij naar hun huis waren gevolgd. 

Tot slot, en niet in de laatste plaats, is door de handelwijze van verdachte (de computervredebreuk) zijn collega benadeelde 5 gedurende het opsporingsonderzoek lange tijd als verdachte aangemerkt, terwijl zij niets met de feiten te maken had. In plaats van direct na zijn aanhouding openheid van zaken te geven, heeft verdachte lange tijd gezwegen. Pas in een later stadium heeft hij een bekennende verklaring afgelegd. benadeelde 5 heeft daardoor lange tijd in onzekerheid moeten verkeren over de afloop van het tegen haar lopende politieonderzoek, dat is geëindigd in een sepot ‘ten onrechte als verdachte aangemerkt’. Ook is ten aanzien van haar een aantal bijzondere opsporingsbevoegdheden toegepast, waaronder een telefoontap, wat een inbreuk op haar privacy heeft opgeleverd. Hierdoor is het vertrouwen dat zij had gesteld in haar collega - met wie zij al zes jaar samenwerkte - weggenomen. Dit handelen van verdachte is extra schrijnend omdat de broer van benadeelde 5 zeer kort voordat er een onderzoek naar haar werd geopend, was overleden. Verdachte wist daarvan. Hij moest als politieman weten dat benadeelde 5 zonder twijfel verdacht zou worden omdat hij haar account had gebruikt. Dit rekent het hof verdachte ook zwaar aan.

Het hof veroordeelt verdachte voor poging tot afdreiging, opzettelijke schending van een ambtsgeheim en computervredebreuk tot een gevangenisstraf van 18 maanden waarvan 14 maanden voorwaardelijk (met bijzondere voorwaarden) en een taakstraf van 240 uur.

 

Lees hier de volledige uitspraak.

 

 

Print Friendly and PDF ^