Wetsvoorstel maakt meer vormen van spionage strafbaar
/De ministerraad heeft op voorstel van minister Yeşilgöz-Zegerius van Justitie en Veiligheid ingestemd met een wetsvoorstel dat meer vormen van spionage strafbaar moet gaan stellen. Veel spionageactiviteiten zijn al strafbaar volgens de Nederlandse wet. Denk daarbij aan klassieke spionage zoals het schenden van staats- en bedrijfsgeheimen. Het strafrecht heeft echter nog onvoldoende mogelijkheden om op te treden als er geen sprake is van staats- ambts- of bedrijfsgeheimen of als er andere handelingen worden verricht voor buitenlandse mogendheden. Het gaat dan bijvoorbeeld om het ophalen en bezorgen van pakketjes, het volgen van personen en het verspreiden van informatie. Terwijl ook dat soort activiteiten kunnen leiden tot gevaar voor de nationale veiligheid of voor de veiligheid van personen. Dit wetsvoorstel brengt daar verandering in.
Minister Yeşilgöz-Zegerius: “Het in gevaar brengen van Nederlandse belangen door spionage moet keihard worden afgestraft. Daarom is het goed dat er straks een maximale gevangenisstraf van 8 jaar kan worden opgelegd aan personen die spionageactiviteiten uitvoeren voor een buitenlandse overheid. Met dit wetsvoorstel wil ik zorgen voor een betere bescherming van onze nationale veiligheid nu de dreiging steeds meer toeneemt en geef ik invulling aan een belangrijke ambitie uit het coalitieakkoord.”
Spionageactiviteiten voor buitenlandse overheden
Met het wetsvoorstel wordt het strafbaar om spionageactiviteiten te verrichten voor een buitenlandse overheid en daardoor zwaarwegende Nederlandse belangen in gevaar te brengen, zoals de nationale veiligheid en de veiligheid van personen. Een voorbeeld hiervan is dat een in Nederland wonende persoon, die al eerder contact heeft gehad met een inlichtingenofficier van een buitenlands regime, vanuit Nederland naar het buitenland reist en op verzoek van de spion documenten meeneemt. Hiervoor kan een gevangenisstraf van maximaal 8 jaar worden opgelegd. Daarnaast zijn ook personen die anderen aanzetten tot het uitvoeren van zulke handelingen voor een ander land strafbaar op grond van de nieuwe bepaling. Omdat ook spionageactiviteiten steeds vaker digitaal plaatsvinden, wordt de strafmaat van een aantal computerdelicten verhoogd met een derde wanneer deze zijn gepleegd voor een buitenlandse mogendheid.
Diasporaspionage
Buitenlandse mogendheden proberen ook steeds vaker invloed uit te oefenen binnen gemeenschappen in Nederland die uit die landen afkomstig zijn. Dit wordt ook wel diasporaspionage genoemd. Zo worden – openlijk en heimelijk – gegevens verzameld en wordt er geprobeerd burgers uit deze gemeenschap te beïnvloeden vanuit een eigen (vermeend) belang. Daarbij wordt er niet voor teruggedeinsd om leden van de gemeenschap te mobiliseren om tegenstanders en critici binnen die gemeenschappen de mond te snoeren of onder druk te zetten om anderszins mee te werken. Ook dit wordt strafbaar onder de nieuwe wet.
Waarborgen
In heel veel gevallen is contact, samenwerken of het uitwisselen van informatie met buitenlandse overheden niet strafbaar en moet dat ook niet strafbaar worden. Nederland is immers een open samenleving, waarbinnen contact met buitenlandse overheden, bedrijven, wetenschappers, journalisten en tussen burgers mogelijk is en moet blijven. Daarom is alleen sprake van strafbare spionageactiviteiten als gedragingen worden verricht voor buitenlandse overheden die schade toebrengen aan zwaarwegende Nederlandse belangen, zoals de nationale veiligheid en de veiligheid van personen én als degene die de activiteiten verricht zich er bewust van is dat hij gevaar in het leven roept voor deze belangen en dit ook beoogt of op de koop toe neemt.
Aanleiding voor het wetsvoorstel is mede het Dreigingsbeeld Statelijke Actoren 2021 dat de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) samen met de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) heeft opgesteld. In dit dreigingsbeeld wordt de dreiging vanuit verschillende statelijke actoren geschetst en ook op welke mogelijke doelwitten zij zich richten.
Begin dit jaar heeft de internetconsultatie voor dit wetsvoorstel plaatsgevonden. De ministerraad heeft er nu mee ingestemd het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State te zenden.