Onlangs heeft de Minister van JenV de Tweede Kamer geïnformeerd over de voortgang van de integrale aanpak van cybercrime. In deze brief worden de getroffen maatregelen uiteengezet. Op dit moment vindt een inventarisatie plaats naar mogelijke wijzigingen van nationale wetgeving die verder kunnen bijdragen aan de aanpak van cybercrime. Verschillende voorstellen worden uitgewerkt.

Wet computercriminaliteit III

Voor een effectieve opsporing in het digitale domein is zowel nationaal als internationaal regelgeving nodig die is toegesneden op het digitale domein. De Wet computercriminaliteit III is nu ruim twee jaar van kracht. De politie en het OM hebben voortvarend invulling gegeven aan de bevoegdheid tot het heimelijk en op afstand binnendringen in een geautomatiseerd werk. Recent is de bevoegdheid ook in internationaal onderzoek ingezet. De Inspectie Justitie en Veiligheid houdt toezicht op de inzet van de bevoegdheid. Het jaarlijkse toezichtsrapport en de reactie daarop worden voor het zomerreces aan de Kamer gestuurd. Het WODC is inmiddels gestart met de evaluatie. Deze wordt naar verwachting begin 2022 gepubliceerd.

Versterking wetgeving

De inventarisatie naar mogelijke wijzigingen van nationale wetgeving die bijdragen aan de aanpak van cybercrime is nog gaande. Er wordt op dit moment een prioritering gemaakt en verschillende voorstellen verder uitgewerkt. Eventuele beslissingen hierover zijn aan een volgend kabinet.

E-Evidenceverordening

Om de grensoverschrijdende opsporing in het digitale domein te versterken heeft Nederland in de afgelopen jaren actief deelgenomen aan de gesprekken over de E-Evidenceverordening van de EU en over het tweede protocol bij het Cybercrimeverdrag in het kader van de Raad van Europa. De triloog over de Eevidence-verordening is inmiddels gestart. Het concept van het tweede protocol is eind mei goedgekeurd en openbaar gemaakt. Daarmee is een belangrijke mijlpaal bereikt in de gesprekken die in 2017 formeel zijn gestart. Na goedkeuring op politiek niveau en ratificatie zal het protocol snellere en meer efficiënte samenwerking in opsporingsonderzoeken mogelijk maken.

Bewustwording hostingproviders

Nederlandse hostingdiensten worden misbruikt voor het plegen van cybercrime en andere vormen van online criminaliteit, via malafide hostingbedrijven (bullet proof hosters), maar ook via hostingbedrijven die zich daar niet van bewust zijn. De hostingsector werkt zelf aan het beperken van misbruik van de eigen systemen voor criminele doeleinden. In 2020 is het publiek-private Anti-Abuse Netwerk (AAN) opgericht. Dit samenwerkingsverband richt zich op het tegengaan van abuse, onder meer door het verbeteren van het delen van informatie over misbruik en kwetsbaarheden. Het strafrechtelijk aanpakken van hostingbedrijven die opzettelijk criminaliteit faciliteren is complex. Onderzocht wordt of wijziging van nationale wet- en regelgeving dit kan verbeteren.

Daarnaast wordt met het ministerie van EZK gekeken naar het aanpassen van Europese regelgeving voor hostingproviders in de nieuwe Digital Services Act. Het voorstel wordt momenteel in EU-verband besproken. De DSA zou hostingproviders moeten stimuleren misbruik van de dienstverlening tegen te gaan. Nederland heeft gesuggereerd dat het opnemen van een zorgplicht in de DSA, waarmee bedrijven zouden worden verplicht basismaatregelen te nemen om criminaliteit via de eigen systemen te beperken, daarvoor een mogelijkheid is.

Lees verder: