Bestuur Stichting Hulptroepen Alliantie ontslagen
/Rechtbank Amsterdam 21 juli 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:4160
De rechtbank ontslaat Sywert van Lienden en Bernd Damme als bestuurders van de Stichting Hulptroepen Alliantie. Ook mogen zij de komende vijf jaar geen bestuurder of commissaris van een stichting worden. De rechtbank oordeelt dat het tweetal in strijd met de statuten van de stichting heeft gehandeld door een commerciële concurrent van hun eigen stichting op te richten.
Op 25 maart 2020, aan het begin van de coronacrisis, richtten Damme en Camille van Gestel de Stichting Hulptroepen Alliantie (SHA) op. De stichting had tot doel om – in tijden van nood – zonder winstoogmerk mondkapjes en andere medische hulpmiddelen naar Nederland te importeren voor zorginstellingen. Kort daarna, op 9 april 2020, richtten Van Lienden, Damme en Van Gestel ook nog Relief Goods Alliance B.V. (RGA) op. Deze onderneming hield zich eveneens bezig met de import en verkoop van medische beschermingsmiddelen, maar had wél een winstoogmerk. Op 22 april 2020 sloot RGA een overeenkomst met de overheid voor de levering van 40 miljoen mondkapjes. Aan deze mondkapjesdeal hebben Van Lienden, Damme en Van Gestel, als (indirecte) aandeelhouders van RGA, aanzienlijk verdiend.
Mondkapjesaffaire
Op 15 mei 2021 publiceerde De Volkskrant een artikel waarin werd beschreven dat weliswaar de schijn werd gewekt dat de mondkapjesdeal was gesloten met de non-profit stichting SHA, maar dat de deal feitelijk was gesloten met de commerciële onderneming, RGA. Uiteindelijk leidde de ‘mondkapjesaffaire’ tot een rechtszaak waarbij het Openbaar Ministerie, samen met enkele personen die zich voor SHA hadden ingezet, een verzoek indiende om de bestuurders van SHA, op dat moment Van Lienden en Damme, te ontslaan.
Conflicterende belangen
De rechtbank is het met de verzoekers eens dat Van Lienden en Damme niet langer aan kunnen blijven. Zij hebben onvoldoende voor ogen gehad dat zij met de oprichting van RGA als (indirect) aandeelhouders een belang verkregen dat conflicteerde met het belang van SHA. SHA was immers niet gebaat bij de oprichting van een rechtstreekse concurrent. Door bij iedere bestelling zelf de afweging te maken of de koop moest worden gesloten via SHA of RGA, lieten de bestuurders het tegenstrijdige belang ook voortbestaan.
Onderscheid tussen stichting en bv was niet helder
De bestuurders, en dan met name Van Lienden, hebben bovendien naar buiten toe vooral en alleen benadrukt dat zij zich belangeloos met SHA inzetten voor de zorg. Het onderscheid tussen RGA en SHA was daarbij niet helder. De naam RGA komt vrijwel neer op de Nederlandse vertaling van SHA, wat op zichzelf genomen al voor verwarring kan zorgen. Ook in presentaties werd gebruik gemaakt van het logo van SHA en werd SHA expliciet genoemd, met KvK-nummer en al. Ook dat heeft minst genomen voor verwarring gezorgd.
Geen geheimhoudingsplicht
Pas nadat in de media aandacht was besteed aan de betrokkenheid van RGA bij de mondkapjesdeal en aan de dubbelrol die de bestuurders van SHA daarbij hadden gespeeld, hebben ze daarover meer duidelijkheid verschaft. Dat zij dit vanwege geheimhoudingsverplichtingen niet eerder konden doen, is niet gebleken. Door hun eigen toedoen zijn Van Lienden en Damme hierdoor betrokken geraakt in een grote maatschappelijke controverse en is – na 1 juli 2021 – een civielrechtelijk en strafrechtelijk onderzoek door het OM gestart.
Direct ontslag
Dit alles leidt tot de conclusie van de rechtbank dat Van Lienden en Damme moeten worden ontslagen. Het is niet wenselijk dat zij aanblijven totdat lopende onderzoeken zijn afgerond. Ook al werken zij – in elk geval naar eigen zeggen – volledig mee aan alle onderzoeken naar hun handelen, dan nog brengt hun positie mee dat zij een eigen belang hebben bij de uitkomst van die onderzoeken, dat niet gelijk te stellen is met het belang van SHA.
Lees hier de volledige uitspraak.