Gevangenisstraf van 3 jaar voor oplichting en onjuist informeren Belastingdienst. Verweer handelen door geneesmiddel verworpen.

Een 58-jarige man uit Westzaan is in hoger beroep veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden vanwege oplichting, verduistering, valsheid in geschrift en het onjuist informeren van de belastingdienst. Het gerechtshof Amsterdam heeft dat vandaag beslist. Eerder veroordeelde de rechtbank de verdachte tot een gevangenisstraf van 30 maanden. Het Openbaar Ministerie eiste een gevangenisstraf van 36 maanden.

Oplichting

De verdachte lichtte tussen 2008 en 2012 ongeveer twintig mensen op door van hen geld te lenen met de belofte dat hij het zou beleggen volgens een door hem zelf ontwikkeld model. De verdachte spiegelde de geldverstrekkers voor dat zij geen of nauwelijks risico liepen en hij beloofde hen een rente van 12% per jaar te betalen. In werkelijkheid week de verdachte vaak af van zijn eigen beleggingsmodel, waarbij grote risico’s werden gelopen. Daarnaast gebruikte hij het ontvangen geld voor (dure) privé uitgaven en betaalde hij aan zichzelf en een zakenpartner een aanzienlijke maandelijkse vergoeding. Ook vervalste de verdachte bankafschriften. Daarmee speldde hij de AFM, de belastingdienst en tevens de geldverstrekkers op de mouw dat de gelden goed werden belegd en er aanzienlijke rendementen werden behaald. Dit terwijl in werkelijkheid van aanvang af verlies werd geleden. Door het handelen van de verdachte is aan de geldverstrekkers een schade toegebracht van in totaal bijna 8 miljoen euro.

Handelen onder invloed van een geneesmiddel?

Het verweer van de verdachte dat hij tot zijn handelen is gekomen onder invloed van een geneesmiddel tegen depressie, heeft het hof verworpen. Het hof raadpleegde daarvoor twee deskundigen.

Vergoeding slachtoffers

De aan de verdachte verstrekte gelden waren veelal afkomstig uit een oudedagsvoorziening of een erfenis van de geldverstrekkers. Veel personen zijn daardoor (financieel) geruïneerd. Het hof heeft de vorderingen van de meeste geldverstrekkers toegewezen, voor bedragen tussen de € 10.064 en € 811.012. De verdachte moet deze bedragen terugbetalen.

Bron: De Rechtspraak

Print Friendly and PDF ^