HR herhaalt: Witgewassen geldbedrag is niet automatisch wederrechtelijk verkregen voordeel
/Hoge Raad 2 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:475
Het Hof heeft het door de betrokkene wederrechtelijk verkregen voordeel geschat op € 16.417,15 en heeft daartoe het volgende overwogen:
"Uit de bewijsmiddelen komt naar voren dat de veroordeelde gedurende de in zijn strafzaak bewezen verklaarde periode, te weten de periode van 13 december 2010 tot en met 4 februari 2013:
- een Seat Leon heeft gekocht, waarvan de koopsom ad. € 7.410,- door hem in contanten is voldaan,
- bedragen van in totaal € 5.400,- en € 3.550,- aan contanten op respectievelijk de rekening van [betrokkene] h/o [A] (rekeningnummer [rekeningnummer 1] ) en de rekening van [betrokkene] (rekeningnummer [rekeningnummer 2] ) heeft gestort, alsmede
- een bedrag van in totaal € 22.002,15 aan contant geld voor de huur van auto's bij [B] heeft uitgegeven.
Het hof acht het (...) genoegzaam aannemelijk geworden dat de veroordeelde in die periode een bedrag van € 8.520,- bij de Lotto heeft gewonnen en – voor de aanschaf van de Seat Leon en als startkapitaal voor het bedrijf [A] – een bedrag van € 13.425,- van zijn ouders heeft gekregen, reden waarom het hof in de strafzaak ten aanzien van een gedeelte, groot € 21.945,-, van het totaalbedrag aan contante betalingen en stortingen ad € 38.362,15 niet wettig en overtuigend bewezen heeft geacht dat dit – onmiddellijk of middellijk – uit enig misdrijf afkomstig was. Wel bewezen is dat de veroordeelde geldbedragen tot een totaal van € 16.417,15 heeft witgewassen.
Het bedrag, waarop het wederrechtelijk verkregen voordeel wordt geschat, wordt derhalve vastgesteld op € 16.417,15 en het hof zal de veroordeelde de verplichting opleggen om dit bedrag ter ontneming van dat voordeel aan de Staat te betalen."
In de met deze ontnemingsprocedure verband houdende strafzaak is bewezenverklaard dat de betrokkene zich schuldig heeft gemaakt aan – kort gezegd – het telkens overdragen van een geldbedrag (in totaal € 16.417,15) waarvan hij wist dat dit van enig misdrijf afkomstig was. Dat feit is gekwalificeerd als witwassen, meermalen gepleegd.
Middel
Het middel bevat onder meer de klacht dat de schatting van het door middel van of uit de baten van het in de strafzaak bewezenverklaarde witwassen, meermalen gepleegd, wederrechtelijk verkregen voordeel ontoereikend is gemotiveerd.
Beoordeling Hoge Raad
In de hiervoor weergegeven overwegingen is door het Hof als zijn oordeel tot uitdrukking gebracht dat het door middel van of uit de baten van het bewezenverklaarde witwassen verkregen voordeel wordt geschat op een bedrag van € 16.417,15. Dit oordeel is kennelijk gebaseerd op de opvatting dat de contante betalingen en stortingen tot een bedrag van € 16.417,15, nu zij voorwerp waren van het bewezenverklaarde witwassen, reeds daardoor wederrechtelijk verkregen voordeel vormen. Die opvatting is niet juist (vgl. HR 19 februari 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY5217). Zonder nadere motivering, die ontbreekt, is daarom niet begrijpelijk dat de betrokkene daadwerkelijk tot een bedrag van € 16.417,15 wederrechtelijk verkregen voordeel heeft verkregen uit het bewezenverklaarde witwassen.
Het middel klaagt daarover terecht.
Lees hier de volledige uitspraak.