Hoge Raad over klacht van ex-advocaat tegen beslag op mobiele telefoon, inclusief Signal-berichtenverkeer

Hoge Raad 18 februari 2025, ECLI:NL:HR:2025:302

De Hoge Raad herhaalt in de beschikking van 18 februari 2025 dat voor het oordeel dat ๐˜ป๐˜ฆ๐˜ฆ๐˜ณ ๐˜ถ๐˜ช๐˜ต๐˜ป๐˜ฐ๐˜ฏ๐˜ฅ๐˜ฆ๐˜ณ๐˜ญ๐˜ช๐˜ซ๐˜ฌ๐˜ฆ ๐˜ฐ๐˜ฎ๐˜ด๐˜ต๐˜ข๐˜ฏ๐˜ฅ๐˜ช๐˜จ๐˜ฉ๐˜ฆ๐˜ฅ๐˜ฆ๐˜ฏ kunnen worden aangenomen op grond waarvan in het belang van de waarheidsvinding het verschoningsrecht kan worden doorbroken zware motiveringseisen gelden. Door ter motivering van de gegrondverklaring van het beklag ten aanzien van een op een telefoon aangetroffen Signal-bericht te overwegen dat โ€œ๐˜ฏ๐˜ช๐˜ฆ๐˜ต ๐˜ฃ๐˜ญ๐˜ช๐˜ซ๐˜ฌ๐˜ต ๐˜ท๐˜ข๐˜ฏ ๐˜ข๐˜ข๐˜ฏ๐˜ธ๐˜ช๐˜ซ๐˜ป๐˜ช๐˜ฏ๐˜จ๐˜ฆ๐˜ฏ ๐˜ฅ๐˜ข๐˜ต ๐˜จ๐˜ฆ๐˜ฆ๐˜ฏ ๐˜ด๐˜ฑ๐˜ณ๐˜ข๐˜ฌ๐˜ฆ ๐˜ช๐˜ด ๐˜ท๐˜ข๐˜ฏ ๐˜ฆ๐˜ฆ๐˜ฏ ๐˜ฏ๐˜ฐ๐˜ณ๐˜ฎ๐˜ข๐˜ญ๐˜ฆ ๐˜ข๐˜ฅ๐˜ท๐˜ฐ๐˜ค๐˜ข๐˜ข๐˜ต-๐˜ค๐˜ญ๐˜ชรซ๐˜ฏ๐˜ต ๐˜ณ๐˜ฆ๐˜ญ๐˜ข๐˜ต๐˜ช๐˜ฆโ€ heeft de rechtbank het geldende toetsingskader niet juist toegepast. Beoordeeld had moeten worden of het bericht redelijkerwijs in zodanig direct verband staat met een vermoed strafbaar feit, dat het kan dienen ter waarheidsvinding.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Hoge Raad over prejudiciรซle vragen in strafzaken

Hoge Raad 11 februari 2025, ECLI:NL:HR:2025:204

Onder bijzondere omstandigheden kan worden afgeweken van het uitgangspunt dat de Hoge Raad prejudiciรซle vragen alleen kan beantwoorden als de rechter het antwoord nodig heeft om in zijn zaak te kunnen beslissen. In sommige strafvorderlijke procedures moet de rechter op zo korte termijn beslissen dat hij niet op het antwoord van de Hoge Raad kan wachten. Ook dan kan een antwoord van de Hoge Raad voor de rechtsontwikkeling toch wenselijk zijn. Daarvoor moet de vraag dan wel van voldoende gewicht zijn en ook verder voldoen aan de eisen die de wet aan zoโ€™n vraag stelt.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Hoge Raad: wat te doen bij persoonsverwisseling?

Hoge Raad 4 februari 2025, ECLI:NL:HR:2025:135

De Hoge Raad legt uit wat het hof moet doen als in hoger beroep komt vast te staan dat het vonnis in eerste aanleg als gevolg van een persoonsverwisseling (in dit geval: het opgeven van een valse naam) is gesteld op naam van iemand anders dan โ€˜de echte verdachteโ€™. In zoโ€™n geval moet het hof het vonnis, in ieder geval wat betreft de tenaamstelling, vernietigen. Als in zoโ€™n geval vaststaat wat de echte naam van de verdachte is, mag het hof zijn arrest op die naam stellen. De rechter moet zich dan wel inspannen om te voorkomen dat onjuiste gegevens in overheidsregistraties blijven staan. De Hoge Raad geeft een voorbeeld van hoe de rechter dat โ€“ d.m.v. een opdracht aan het Openbaar Ministerie - kan doen. In deze zaak geeft de Hoge Raad zelf zoโ€™n opdracht.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Medeplegen oplichting van factoringbedrijven: HR over verhoorbijstand en gebruik van getuigenverklaring zonder ondervragingsmogelijkheid

Hoge Raad 4 februari 2025, ECLI:NL:HR:2025:181

De verdachte is veroordeeld voor het medeplegen van oplichting van een factoringbedrijf. Samen met zijn medeverdachten heeft hij een factoringovereenkomst gesloten, waarbij nepfacturen zijn verkocht aan het bedrijf. Het ging om facturen van een onderneming genaamd E B.V. gericht aan bedrijven C B.V. en D, waarbij geen daadwerkelijke goederenlevering had plaatsgevonden. Het factoringbedrijf heeft hierdoor betalingen verricht ter hoogte van โ‚ฌ121.192.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Arrest Hoge Raad over benadeling van klokkenluiders

Hoge Raad 7 februari 2025, ECLI:NL:HR:2025:190 (civiel recht)

De vraag die centraal staat is hoe de werkgever het bewijsvermoeden uit art. 17eb Wbk kan ontkrachten. De bepaling luidt dat wanneer een klokkenluider na zijn melding of na openbaarmaking van een vermoeden van een misstand wordt benadeeld, het rechtsvermoeden moet worden gehanteerd dat die benadeling het gevolg is van de melding dan wel de openbaarmaking. Moet de werkgever het vermoeden slechts ontzenuwen, of wordt van de werkgever die de benadelende maatregel heeft genomen, verwacht dat hij aantoont dat de benadeling geen gevolg is van de melding of openbaarmaking. In dat laatste geval moet de werkgever dus aantonen dat de benadeling op andere gronden dan de melding heeft plaatsgevonden.

Read More
Print Friendly and PDF ^