Inwerkingtreding Wet straffen en beschermen: voorwaardelijke invrijheidstelling max. 2 jaar
/Op 1 juli jl. is de Wet straffen en beschermen in werking getreden. Hierdoor komen daders van zware misdrijven niet meer na twee derde van hun straf voorwaardelijk vrij. De voorwaardelijke invrijheidstelling (v.i.) wordt maximaal 2 jaar. Die periode kon eerder nog oplopen tot wel 10 jaar. Daarnaast gaat de v.i. niet langer van rechtswege in, maar neemt het Openbaar Ministerie voor iedere gedetineerde een individuele beslissing of v.i. al aan de orde is. Daarbij wordt gekeken naar het gedrag van de gedetineerde, slachtofferbelangen en het gevaar voor de maatschappij.
Minister Dekker:
“Een dader die ver voor het einde van zijn celstraf alweer op vrije voeten komt, dat voelt onrechtvaardig en is niet uit te leggen aan slachtoffers. Dat gaat daarom vanaf vandaag veranderen: straf is straf. En om te voorkomen dat een crimineel opnieuw in de fout gaat, moet hij voortaan vanaf dag één actief aan de slag met beter gedrag – in de bak, aan de bak.”
Wat verandert er voor de v.i. bij de zaken die onder de nieuwe wet vallen?
De periode waarin een veroordeelde via een voorwaardelijke invrijheidstelling (v.i.) kan werken aan zijn re-integratie blijft een derde van de opgelegde straf maar wordt maximaal twee jaar.
Veroordeelden met een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van meer dan één jaar komen niet langer van rechtswege voorwaardelijk vrij.
Het Openbaar Ministerie heeft een speciaal team dat zich bezighoudt met de v.i. Dat is de Centrale Voorziening voorwaardelijke invrijheidstelling (CVv.i.), onderdeel van de afdeling Legal Office Executie van het Ressortsparket. De CVv.i. beslist zonder tussenkomst van de rechter voor iedere veroordeelde of hij/zij voorwaardelijk vrij komt. Deze beslissing kan ook worden uitgesteld (uitstel) of worden ingetrokken (herroepen).
Het uitgangspunt hierbij verandert van ‘v.i. tenzij’ naar ‘v.i., indien aan de criteria wordt voldaan’. De criteria zijn het gedrag van de veroordeelde, de slachtofferbelangen en de risico’s voor de maatschappij.
Bij de beslissing wordt de CVv.i. geadviseerd door DJI, de reclassering en het CJIB. Het OM heeft een onafhankelijk Adviescollege v.i. (AVI) ingesteld om de CVv.i. te adviseren in zware en complexe zaken.
De belangen van slachtoffers en nabestaanden weegt de CVv.i. nadrukkelijk mee in de beslissing over de v.i. Zij worden over een naderende invrijheidstelling geïnformeerd en over de voorwaarden die hen raken.
Een veroordeelde kan bij de rechter bezwaar maken tegen de beslissing van de CVv.i. tot het niet verlenen, uitstellen of herroepen (intrekken) van de v.i.
Voorwaarden: Als een veroordeelde voor v.i. in aanmerking komt, gebeurt dat altijd onder de algemene voorwaarde: geen strafbare feiten plegen. Daarnaast kunnen er nog bijzondere voorwaarden opgelegd worden. Vanaf 1 juli 2021 zijn vier mogelijke voorwaarden toegevoegd aan de wet: een verhuisplicht, een beperking om Nederland te verlaten, een verbod om vrijwilligerswerk uit te voeren en een verplichting om de schade aan het slachtoffer of de nabestaande te vergoeden. Daarnaast is de voorwaarde voor het locatieverbod uitgebreid met een vestigingsverbod. Alleen als de CVv.i. het nodig of proportioneel vindt, worden er bijzondere voorwaarden verbonden aan de v.i.
Gedrag telt
Niet alleen tegen het einde van de gevangenisstraf gaat er iets veranderen, ook de invulling van de straf gaat op de schop. Meer dan nu het geval is gaat vanaf het eerste moment gedrag en de mate waarin gedetineerden zich inzetten om hun leven weer op de rit te krijgen, een rol spelen. Hun gedrag heeft invloed op de privileges die zij krijgen. Zo is bijvoorbeeld in de coronaperiode gebleken dat bezoek achter plexiglas invloed heeft op de invoer van smokkelwaar. Voor gedetineerden bij wie smokkelwaar wordt aangetroffen, kan de maatregel worden opgelegd dat zij alleen bezoek achter glas mogen ontvangen.
Daarnaast heeft het gedrag van gedetineerden invloed op het verloop van hun detentie. Verlof wordt minder vanzelfsprekend en vrijblijvend. Gedetineerden die goed gedrag vertonen, kunnen hier aanspraak op maken, als het een concreet re-integratiedoel dient. Bijvoorbeeld door te werken aan één of meerdere basisvoorwaarden voor een succesvolle terugkeer in de samenleving, zoals grip op schulden of zicht op werk. Ook voor verlof wordt het gedrag van gedetineerden meegewogen.
In de bak, aan de bak
Om herhaling van crimineel gedrag te voorkomen, gaan gedetineerden al vanaf dag één van hun gevangenisstraf actief aan de slag met een veilige terugkeer in de samenleving. Dit doen zij aan de hand van een zogeheten Detentie- en Re-integratieplan. Daarin wordt aandacht besteed aan de beperkingen én mogelijkheden van een gedetineerde en worden zijn persoonlijke gedrags- en re-integratiedoelen vastgelegd. De reclassering en gemeenten worden in een vroeg stadium betrokken bij het opstellen en het uitvoeren van dit plan. Met de wet wordt het makkelijker om onderling informatie uit te wisselen. Zo benutten we de straf optimaal om recidive te voorkomen en de maatschappij te beschermen.
Aanwijzing OM
Er is een nieuwe Aanwijzing voorwaardelijke invrijheidstelling opgesteld die algemene regels geeft voor de toepassing van de v.i. voor zaken die onder de oude wet (veroordelingen in laatste feitelijke instantie uitgesproken voor 1 juli 2021) vallen, zaken die onder de nieuwe wet vallen en de situaties waarbij sprake is van samenloop.