Klokkenluider verpleegtehuis onterecht ontslagen
/Gerechtshof 's-Hertogenbosch 10 oktober 2024, ECLI:NL:GHSHE:2024:3166
Het gerechtshof ’s-Hertogenbosch is van oordeel dat een 36-jarige man die werkte als verzorgende in een verpleegtehuis in Sittard onterecht op staande voet is ontslagen. In tegenstelling tot de rechtbank Limburg vindt het hof de man wel een klokkenluider en hij had daarom niet ontslagen mogen worden.
Niet meewerken aan versterving
In het verpleegtehuis waar de man als verzorgende werkte, zou een bewoonster komen te ‘versterven’ door haar geen eten en drinken meer te geven. De man wilde hieraan niet meewerken en kon zich niet vinden in dit beleid omdat dit tegen de wil van de bewoonster zou zijn. Hij heeft dit intern bij zijn werkgever gemeld en ook extern bij Veilig Thuis.
Omdat hij wilde bewijzen wat er was gebeurd, heeft de man een aantal keer in het elektronisch patiëntendossier van de bewoonster gekeken en enkele stukken gedownload en naar zichzelf gemaild. Op dat moment was hij zelf niet meer haar verzorger.
Ontslag op staande voet
Om die reden werd hij door zijn werkgever op staande voet ontslagen: hij had inzage gehad in het dossier van een bewoonster die niet zijn patiënte was en hij had hieruit informatie naar zichzelf gestuurd. De man was het niet eens met dit ontslag en deed een beroep op de Wet bescherming klokkenluiders (WBK). De rechtbank Limburg oordeelde eerder dat hiervan geen sprake was en dat het ontslag op staande voet terecht was.
Onterecht ontslagen
Volgens het hof had de man niet in het dossier van de bewoonster mogen kijken en ook niet haar gegevens naar zichzelf mogen mailen. Daardoor schond hij het medisch geheim. Toch vindt het hof dat de werkgever hem niet op staande voet had mogen ontslaan. De man was namelijk wél een klokkenluider, omdat hij het vermoeden had dat er een misdrijf werd gepleegd. De werkgever heeft haar eigen klokkenluidersregeling niet nageleefd. De werknemer heeft als klokkenluider recht op bescherming tegen ontslag.
Het verpleegtehuis moet de man daarom een billijke vergoeding van 10.000 euro betalen en overige vergoedingen van bijna 15.000 euro. Ook moet de werkgever de proceskosten betalen.
Lees hier de volledige uitspraak.