Nieuwe EU-richtlijn versterkt grensoverschrijdende toegang tot bankrekeningen: de volgende stap in de aanpak van financiële criminaliteit
/De Richtlijn (EU) 2024/1654 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2019/1153 wat betreft de toegang van bevoegde autoriteiten tot centrale registers van bankrekeningen via het koppelingssysteem en technische maatregelen om het gebruik van transactiegegevens te vergemakkelijken, die op 9 juli 2024 in werking trad, heeft als doel de grensoverschrijdende samenwerking en toegang tot financiële informatie voor wetshandhavingsautoriteiten te verbeteren, zodat zij de opbrengsten van misdaad beter kunnen opsporen en in beslag kunnen nemen.
Achtergrond van de Richtlijn
De wijziging van Richtlijn (EU) 2019/1153, aangenomen in mei 2024, richt zich op de versterking van de Europese Unie in haar strijd tegen ernstige misdrijven, waaronder witwassen, belastingfraude, en de financiering van terrorisme. De oorspronkelijke richtlijn werd in 2019 ingevoerd om een juridische basis te bieden voor autoriteiten om financiële informatie effectief te verzamelen en te delen. Deze informatie wordt als essentieel beschouwd voor het traceren van criminele activiteiten, vooral in een context waarin grensoverschrijdende financiële misdrijven toenemen.
De financiële wereld evolueert snel, met nieuwe technologieën zoals cryptovaluta's die nieuwe kansen bieden voor zowel legale als illegale activiteiten. Tegelijkertijd worden criminelen steeds inventiever in het verbergen van hun transacties door gebruik te maken van complexe juridische structuren en buitenlandse bankrekeningen. Daarom was er behoefte aan een vernieuwd wettelijk kader dat kan inspelen op deze veranderingen.
Belangrijke punten
Enkel Toegangspunt: Creëert een gecentraliseerd systeem, beheerd door de Europese Commissie, voor toegang tot bankregisters in de lidstaten van de EU.
Toegang tot Gegevens: De richtlijn vereist dat financiële instellingen transactieregisters, zoals bankafschriften, delen in het kader van een onderzoek.
Uitgebreide Toegang: Wetshandhavingsautoriteiten krijgen hetzelfde niveau van toegang tot financiële gegevens als de FIU's (Financial Intelligence Units).
Artikelen 5 en 6 van de Richtlijn: Toegang tot en verwerking van gegevens kan alleen op een geval-per-geval basis worden uitgevoerd door specifiek aangewezen en bevoegde medewerkers.
Gegevensbescherming: Omvat robuuste waarborgen voor de bescherming van persoonlijke gegevens, in overeenstemming met de AVG en gerelateerde EU-regelgeving.
Crypto-activa: De richtlijn bevat ook bepalingen voor toegang tot gegevens van cryptodienstverleners en financiële instellingen.
Voor financiële instellingen - verschillende belangrijke veranderingen:
Verhoogde Rapportagevereisten: Instellingen kunnen geconfronteerd worden met verhoogde eisen voor tijdige en nauwkeurige rapportage van financiële gegevens.
Verbeterd Gegevensbeheer: Instellingen moeten ervoor zorgen dat hun systemen in staat zijn om te communiceren met het nieuwe centrale toegangspunt en om te gaan met het toegenomen volume van uitgewisselde gegevens.
Strengere Nalevingsprotocollen: Financiële instellingen zullen hun interne nalevingsprocedures moeten aanpassen, inclusief het implementeren van verbeterde mechanismen voor het reageren op verzoeken van wetshandhavingsinstanties.
Opleiding en Middelen: Instellingen moeten mogelijk investeren in extra middelen om deze veranderingen te ondersteunen.
Implicaties van de Wijziging
Voor handhavingsautoriteiten en FIU's:
De wijziging betekent dat deze autoriteiten sneller en efficiënter toegang kunnen krijgen tot informatie die cruciaal is voor hun onderzoeken. Dit kan leiden tot een verhoogde slagkracht in het opsporen en vervolgen van grensoverschrijdende financiële criminaliteit.
De mogelijkheid om informatie uit verschillende lidstaten snel en effectief te vergelijken, kan de effectiviteit van onderzoeken aanzienlijk verbeteren.
2. Voor financiële instellingen:
Banken en andere financiële instellingen, waaronder cryptodienstverleners, zullen hun procedures en systemen moeten aanpassen om te voldoen aan de nieuwe rapportagevereisten. Dit kan initieel extra kosten en aanpassingen met zich meebrengen.
Er is echter ook een mogelijk voordeel voor de sector: een geharmoniseerde aanpak kan leiden tot een gelijk speelveld voor alle betrokken partijen, en de kosten voor compliance kunnen op lange termijn worden verlaagd door gestroomlijnde rapportageprocedures.
Volgende stap
Lidstaten hebben tot 10 juli 2027 de tijd om de nodige wettelijke bepalingen in te voeren die vereist zijn om aan deze richtlijn te voldoen.
Over het algemeen streeft de richtlijn ernaar de financiële transparantie te vergroten en te helpen bij het opsporen van criminele opbrengsten, maar financiële instellingen zullen hun activiteiten moeten aanpassen om aan deze nieuwe wettelijke eisen te voldoen.