Oprichting Inspectie Belastingdienst, Toeslagen en Douane
/De staatssecretarissen Vijlbrief (Fiscaliteit en Belastingdienst) en Van Huffelen (Toeslagen en Douane) hebben opdracht gegeven voor de oprichting van een inspectie op de domeinen van de belastingen, toeslagen en douane. Het besluit volgt op het advies dat beide staatssecretarissen vroegen aan drie externe deskundigen over hoe extern toezicht ingericht zou moeten worden. De ministerraad heeft ingestemd met het voorstel om te komen tot een dergelijke inspectie.
In het onderzoeksrapport Toezicht als tegenkracht schrijven de onderzoekers dat de domeinen belastingen, toeslagen en douane een toezichthouder verdienen, die structurele en incidentele problemen in de kwaliteit van de dienstverlening kan signaleren, onderzoeken en agenderen. Zij adviseren om tot een stevige vorm van extern toezicht te komen, in de vorm van een inspectie. De staatssecretarissen nemen dit advies over en geven mede namens minister Hoekstra van Financiën opdracht tot de oprichting van een dergelijke inspectie.
Staassecretarissen Vijlbrief en Van Huffelen: “Met het besluit om te komen tot een oprichting van een eigen inspectie voor de domeinen belastingen, toeslagen en douane, zetten we een belangrijke stap in het borgen van de kwaliteit van onze dienstverlening en het herwinnen van vertrouwen van burgers en medewerkers.”
De inspectie zal niet alleen toezicht houden op de uitvoerende diensten zoals de Belastingdienst, maar ook op de uitvoering zelf. De inspectie moet daarnaast toezien op de taakformulering, de sturing en de continuïteit en de kwaliteit van de uitvoering. De zware vorm van toezicht die een inspectie is, kan ook de noodzaak tot het instellen van toekomstige ad hoc onderzoeks- en adviescommissies beperken.
De inspectie valt formeel onder het ministerie, maar handelt vanuit burgerperspectief en is onafhankelijk. De inspectie maakt eigen keuzes voor onderzoek, is onafhankelijk in het oordeel en de openbaarheid en legt publieke verantwoording af.
Een kwartiermaker zal op korte termijn starten zodat begin 2021 de opstartfase kan beginnen. Het streven is dat de inspectie zelf eind 2021 van start kan gaan. De staatssecretarissen nemen ook het advies van de deskundigen over om binnen een periode van vijf jaar op basis van een evaluatie te bezien of de beëindiging, continuering of aanpassing van de taken van de inspectie wenselijk is.
Zowel de onderzoekers als de staatssecretarissen benadrukken dat het instellen van een inspectie niet de oplossing is voor allerhande problemen. Het is daarom belangrijk dat de diensten blijven werken aan hun eigen checks and balances, informatievoorziening en de cultuur. Ook moet er blijvend gewerkt worden aan de informatie-uitwisseling tussen bijvoorbeeld de dienstonderdelen en het ministerie.