Schadevergoedingsmaatregel: Bij betaling in termijnen mogen de termijnen tezamen het tijdvak van twee jaren niet overschrijden
/Gerechtshof Amsterdam 17 oktober 2017, ECLI:NL:GHAMS:2017:5474
De politierechter in de rechtbank Noord-Holland heeft de gehele vordering van de benadeelde partij van €14.020,48 toegewezen met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Daarbij is bepaald dat bovengenoemde schadevergoedingsmaatregel mag worden voldaan in 69 opeenvolgende maandelijkse termijnen van elk €200,00 en 1 maandelijkse termijn van €220,48.
De raadsman heeft in hoger beroep bepleit dat de verdachte bereid is de vordering van de benadeelde partij te voldoen, maar niet in staat is om dit in maandelijkse termijnen van €200,00 te doen. De raadsman heeft daarbij verwezen naar het budgetoverzicht dat is opgenomen in het ondersteuningsplan van 15 september 2017 van het Sociaal wijkteam Assendelft en Westzaan, waaruit volgt dat de verdachte op dit moment financiële ruimte heeft voor de betaling van maximaal €103,29 per maand. De raadsman heeft dan ook primair bepleit geen schadevergoedingsmaatregel op te leggen, subsidiair de maandelijkse termijnen te verlagen tot een bedrag van €103,00.
Het hof acht het aangewezen dat de verdachte de door haar veroorzaakte schade in termijnen zal vergoeden, gezien de door de verdediging overgelegde stukken met betrekking tot haar inkomenssituatie. Gelet op het bepaalde in artikel 24a van het Wetboek van strafrecht, dat ten aanzien van de schadevergoedingsmaatregel van overeenkomstige toepassing is, is er echter geen mogelijkheid de schadevergoedingsmaatregel op te leggen ten aanzien van de volledige schade met een termijnbetaling van €100,00 per maand. Bij een betaling in termijnen mogen de termijnen tezamen het tijdvak van twee jaren immers niet overschrijden. Daarom wordt afgezien van het opleggen van de schadevergoedingsmaatregel, nu zich hier de uitzonderlijke situatie voordoet dat op voorhand vaststaat dat het opleggen van een schadevergoedingsmaatregel slechts zal leiden tot het in de toekomst tenuitvoerleggen van vervangende hechtenis als de betaling niet in termijnen - van voornoemde, tamelijk beperkte omvang - kan plaatsvinden.
Lees hier de volledige uitspraak.