Speelhal en directeur veroordeeld na overlijden kleuter
/Rechtbank Noord-Holland 19 maart 2019, ECLI:NL:RBNHO:2019:2262 en ECLI:NL:RBNHO:2019:2252
De rechtbank Noord-Holland heeft een speelhal in Grootebroek en de 52-jarige directeur van die speelhal veroordeeld omdat door hun schuld de 4-jarige Maurycy om het leven is gekomen. De rechtbank heeft de speelhal een geldboete opgelegd van 20.000 euro. De directeur is veroordeeld tot een werkstraf van 120 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden. Een medewerker van de speelhal en een begeleidster van het kinderdagverblijf zijn vrijgesproken.
Schending zorgplicht
De kleuter was op 31 december 2015 met zijn kinderdagverblijf op een uitstapje naar de speelhal en viel daar van een speeltoestel, een opblaasbare klimheuvel, af. Hij liep hersenletsel op en overleed 9 dagen later. De rechtbank verwijt de speelhal en de directeur schending van hun zorgplicht. Het speeltoestel werd onjuist gebruikt, personeel en bezoekers waren niet voorgelicht over de risico’s ervan, er was onvoldoende toezicht bij het speeltoestel en er waren ook onvoldoende veiligheidsmaatregelen getroffen.
Vrijspraak medewerker speelhal
Een 29-jarige medewerker van de speelhal is vrijgesproken van schuld aan de dood van de kleuter. De rechtbank heeft vastgesteld dat hij geen verantwoordelijkheid droeg voor het beheer van de speelhal en de geldende veiligheidseisen.
Vrijspraak begeleidster kinderdagverblijf
Een 32-jarige vrouw, die als begeleidster van het kinderdagverblijf van Maurycy mee was, is door de rechtbank vrijgesproken van schuld aan zijn dood. Zij mocht er op vertrouwen dat haar werkgever, het kinderdagverblijf, voorafgaand aan het uitstapje zou hebben uitgezocht of het wel veilig was naar de speelhal te gaan. Bovendien was ook zij door de speelhal niet geïnformeerd over het gebruik en de risico’s van het speeltoestel. De begeleidster was weliswaar zelf bij het ongeluk aanwezig, maar alles gebeurde zo snel dat zij het niet kon voorkomen.
Transactie
Het kinderdagverblijf heeft voorafgaand aan de terechtzitting een door de officier van justitie aangeboden transactie geaccepteerd en hoefde daarom niet meer voor de rechter te verschijnen.
Lees hier de volledige uitspraken: