Veroordeling melkveebedrijf voor overtreding Wet Dieren: Bewijsoverwegingen t.a.v. het onthouden water van aan kalveren en het onthouden van medische zorg aan kreupele dieren
/Gerechtshof Amsterdam 25 november 2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:4239
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor het ten laste gelegde zal worden veroordeeld tot een geldboete ter hoogte van € 6.000, waarvan € 3.500 voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren.
Feit 1
De raadsvrouw heeft ten aanzien van het onthouden van drinkwater aan drie kalveren (gedachtestreepje 2) het volgende aangevoerd. Binnen de bedrijfsvoering van haar cliënt is het gebruikelijk dat de jonge kalveren in de ochtend melk krijgen en er daarna enige tijd overheen dient te gaan alvorens zij water mogen drinken. Het direct verstrekken van water kan juist schadelijk zijn voor de gezondheid van de kalveren. Deze door de verdachte – in samenspraak met zijn dierenarts – gehanteerde methode van watertoediening is juist in het belang van de kalveren, zodat de verdachte moet worden vrijgesproken van dit onderdeel van de tenlastelegging.
Ten aanzien van de handelingen geformuleerd onder de gedachtestreepjes 3 en 5, te weten het onthouden van medische zorg aan een aantal kreupele runderen, heeft de raadsvrouw het volgende aangevoerd. Indien er medische problemen op de boerderij waren, werd door de verantwoordelijke medewerker een dierenarts ingeschakeld. Verder controleerde de dierenarts tweemaal per maand, op aanwijzing van de bedrijfsleider, de ‘aandachtsrunderen.’ Dit blijkt ook uit de door de verdediging overgelegde facturen van de dierenarts. Bovendien heeft de verdachte de klauwverzorging van de kreupele dieren geïntensiveerd, zoals eveneens uit facturen blijkt. Nu de verdachte de runderen tijdig medisch heeft laten behandelen, moet hij ook voor dit onderdeel van de tenlastelegging worden vrijgesproken.
Het hof overweegt als volgt.
Op 12 september 2017 is bij een controle van de percelen perceel 1 en perceel 2 van het melkveebedrijf een groot aantal tekortkomingen geconstateerd. De vertegenwoordiger van de verdachte, de heer verdachte, heeft destijds beterschap beloofd. Op 7 mei 2018 heeft de NVWA een hercontrole uitgevoerd. Uit deze controle is gebleken dat de eerder geconstateerde tekortkomingen niet waren opgelost. In tegendeel, op sommige gebieden was de situatie zelfs verslechterd. Volgens de dierenarts en de verbalisant van de NVWA werd de gezondheid van de dieren benadeeld door de veel te vuile omstandigheden op het bedrijf: de hygiëne in de dierverblijven was ver onder de maat en de meeste dieren waren ernstig vervuild. Ook bleek er al enkele dagen geen stro beschikbaar te zijn geweest zodat niet meer kon worden ingestrooid. De verdediging heeft zich gerefereerd ten aanzien van het houden van de dieren in onhygiënische toestand en heeft alleen betwist dat aan een aantal kalveren water werd onthouden en aan een aantal kreupele dieren medische zorg werd onthouden.
Onthouden van water (gedachtestreepje 2)
De dierenarts heeft, zo blijkt uit het dossier, geconstateerd dat drie kalveren – die op een warme dag in de volle zon stonden – geen beschikking hadden over drinkwater. Het kleinste kalf ademde snel en was onrustig. Nadat de aanwezige medewerker, medewerker, hierop werd gewezen, heeft hij gezegd dat hij de kalveren water zou geven. Dit is ook door de NVWA als instructie gegeven. Twee dagen later hebben mevrouw verdachte en voornoemde medewerker verklaard dat zij hun uiterste best hadden gedaan om de zaak op orde te krijgen. Het hof constateert dat uit de verklaringen van de op de boerderij aanwezige medewerker niet blijkt van enig beleid omtrent het onthouden van drinkwater aan de kalveren. Niet aannemelijk is geworden dat de informatie, zoals vermeld in de verklaring van 3 januari 2019 van
naam, dierenarts, op 7 mei 2018 bij medewerker reeds bekend was. Nu niet aannemelijk is geworden dat het onthouden van het drinkwater op een warme dag een bewuste keuze was op basis van een duidelijke instructie van een dierenarts en welke instructie op 7 mei 2018 op het bedrijf aanwezig en bekend was bij de werknemers, wordt het verweer op dit punt verworpen.
Onthouden van medische zorg aan kreupele dieren (gedachtestreepjes 3 en 5)
De dierenarts heeft geconstateerd dat een rund (nummer 1) links voor ernstig kreupel was en de poot nagenoeg niet kond belasten. Ook een rund met werknummer nummer 2 (gedachtestreepje 3) was links voor en links achter ernstig kreupel was: het rund kon beide poten nauwelijks belasten. Desgevraagd heeft de heer medewerker verklaard dat voor het rund met werknummer nummer 2 geen dierenarts was geraadpleegd of ingeroepen. De dierenarts heeft eveneens geconstateerd dat de runderen nummer 3, nummer 4, nummer 5 en nummer 6 kreupel waren (gedachtestreepje 5). De dierenarts heeft geconcludeerd dat de kreupelheden veel pijn veroorzaakten, dat geen dierenarts was geraadpleegd, dat pijnbestrijding niet kon worden aangetoond en dat de medewerker niets wist van een behandeling. Op grond van het voorgaande is het hof van oordeel dat aan de kreupele dieren medische zorg is onthouden. De door de verdediging overgelegde facturen van de dierenarts van de verdachte maken dit niet anders. Uit deze facturen kan het hof niet opmaken dat de dierenarts de bewuste dieren heeft behandeld en vanaf welk moment deze behandeling is gestart. Uit de door de verdediging overgelegde facturen van de klauwverzorger blijkt evenmin dat de hiervoor bedoelde kreupele dieren zijn behandeld. De algemene aanduiding van het aantal gewerkte uren op de overgelegde facturen is daarvoor onvoldoende, te meer nu niet duidelijk is op welke locatie de behandelingen zouden hebben plaatsgevonden. De dierenarts van de NVWA heeft bovendien juist geconstateerd dat de runderen door een klauwverzorger behandeld dienden te worden. De verweren worden verworpen.
Het hof verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen de beslissing ter zake van het onder feit 1 ten laste gelegde, voor zover dit betrekking heeft op pleegdatum 24 mei 2018 en bevestigt het vonnis waarvan beroep voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Lees hier de volledige uitspraak.