Stand van zaken invoering UBO-register: inschrijvingen blijven achter, handhaving wordt gestart

Het Nederlandse UBO-register is op 27 september 2020 van kracht geworden. Hoewel vele juridische entiteiten opgave hebben gedaan, heeft een vergelijkbaar aantal dit nog niet gedaan. Dit ondanks de ruime overgangsperiode. Tegelijkertijd zal er gestart worden met de handhaving. Het niet voldoen aan de registratieplicht in het UBO-register betekent een overtreding van de Handelsregisterwet en is daarnaast een delict onder de Wet op de economische delicten. Dat betekent dat verschillende sancties opgelegd kunnen worden, waaronder een bestuurlijke boete, een last onder dwangsom, en in zeer uitzonderlijke gevallen een gevangenisstraf. Bureau Economische Handhaving (BEH) van de Belastingdienst is belast met de bestuursrechtelijke handhaving op het UBO-register.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Kamervragen over uitstellen UBO-register tot uitspraak Hof van Justitie

Minister Kaag van Financiën heeft antwoord gegeven op kamervragen van Inge van Dijk en Palland (CDA) over het bericht «Ondernemers: Stel UBO-register uit tot uitspraak Europese Hof». Zij begrijpt de zorgen van ondernemers en privacy-organisaties over de openbare beschikbaarheid van gegevens van grootaandeelhouders. Deze waren er al bij de totstandkoming van het register en hier is dan ook uitgebreid bij stilgestaan bij het opstellen van de wetgeving en de behandeling in het parlement. Enerzijds het belang van privacy, en anderzijds het functioneren van het UBO-register als een belangrijk middel in de strijd tegen witwassen en terrorismefinanciering. Voor opsporingsinstanties, poortwachters, journalisten en maatschappelijke organisaties een belangrijk instrument om misbruik te voorkomen en bestrijden. Dit heeft geleid tot verschillende maatregelen om de privacy-impact te beperken.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Antwoord op kamervragen over het UBO-register: aanpak fraude vs. privacy

Minister Kaag van Financiën heeft antwoord gegeven op kamervragen van Heinen en Rahimi (beiden VVD) over het UBO-register. Gevraagd is onder meer naar de balans in het UBO-register tussen de aanpak van witwassen en fraude enerzijds en de privacy van UBO’s anderzijds. Het UBO-register is een belangrijk middel in de strijd tegen witwassen en terrorismefinanciering. Tegelijkertijd is bij de implementatie en in het parlementaire traject veel aandacht uitgegaan naar de privacyaspecten van het UBO-register. Hierbij is een balans nagestreefd tussen voldoende bescherming van UBO’s, binnen de strikte kaders van de richtlijn die waar mogelijk eenduidigheid van beleid tussen lidstaten bevorderd. Nederland heeft in dit kader gebruik gemaakt van alle lidstaatopties om de privacy-impact te beperken en daarnaast ook nog aanvullende maatregelen genomen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Publicatie concept leidraden door Bureau Toezicht Wwft van de Belastingdienst

Bureau Toezicht Wwft van de Belastingdienst heeft onlangs nieuwe leidraden in concept gepubliceerd. De leidraden zijn geschreven voor makelaars, taxateurs, mensen die beroepsmatig kunst aan- of verkopen, domicilieverleners, exploitanten van pandhuizen en bemiddelaars bij aan- en verkoop van bepaalde goederen zoals o.a. juwelen, schepen en kunst. De leidraden bevatten nieuwe informatie over het UBO-register.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Bestuurlijke boete wegens overtreding art. 16 lid 1 Wwft: publicatie onrechtmatig?

Rechtbank Rotterdam 3 november 2021, ECLI:NL:RBROT:2021:10943

Volgens vaste jurisprudentie over de openbaarmaking van besluiten tot het opleggen van een bestuurlijke sanctie ingevolge de Wft volgt dat de toezichthouder verplicht is een besluit tot het opleggen van een boete volledig openbaar te maken, tenzij bekendmaking van persoonsgegevens onevenredig zou zijn of betrokken partijen in onevenredige mate schade zou worden berokkend. Nu het belang van de toezichthouder bij publicatie slechts wijkt voor het belang van de betrokken partijen in geval van onevenredigheid of onevenredige schade, dient het in zodanig geval te gaan om een individuele, bijzondere situatie, waarbij de door de financiële Onderneming als gevolg van de publicatie te verwachten schade zodanig uitzonderlijk is dat het belang van de bescherming van de markt daarvoor moet wijken.

Read More
Print Friendly and PDF ^