Artikel: De AVG-berisping in perspectief: bestuursstrafrecht of bestuurlijk pardon?
/Met het van toepassing worden van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) op 25 mei 2018, is een nieuw handhavingsinstrument in het Nederlandse toezichtdomein geïntroduceerd: de berisping. De berisping komt in de Nederlandse rechtsorde reeds voor als disciplinaire straf óf tuchtrechtelijke maatregel. De berisping is in het Nederlandse recht dus niet helemaal nieuw. Daarentegen is zij dat wel als formeel handhavingsinstrument in het Nederlandse toezichtrecht. Anders dan de Autoriteit Persoonsgegevens is er geen enkele toezichthoudende instantie of inspectie in Nederland die de bevoegdheid heeft tot het opleggen van een berisping aan onder toezicht gestelde partijen.De Van Dale definieert het werkwoord berispen ‘als bestraffend toespreken; terechtwijzen.’ Of zoals de AP het zelf op haar website omschrijft: ‘De AP kan een organisatie een berisping geven wanneer die organisatie inbreuk maakt op de AVG. Met de berisping stelt de AP de inbreuk vast en laat de AP blijken deze af te keuren.’ Het vorenstaande doet de vraag rijzen hoe dit relatief nieuwe handhavingsinstrument in het Nederlandse toezichtsdomein juridisch moet worden geduid. Dit artikel beoogt in beantwoording van die vraag te voorzien.
Lees verder:
De AVG-berisping in perspectief: bestuursstrafrecht of bestuurlijk pardon? door R.P.A. Kraaijeveld in Tijdschrift voor Sanctierecht & Onderneming