Artikel: Zelfonderzoek vanuit toezichthoudersperspectief
/Regelmatig komt het voor dat ondernemingen bij het vermoeden van overtredingen of strafbare feiten binnen hun organisatie zelfonderzoek verrichten. Daarvoor schakelen zij vaak externe professionals in, zoals een advocaat en/of (forensisch) accountant (hierna: professional). Het eindrapport wordt vervolgens overhandigd aan de fiscale inlichtingen- en opsporingsdienst (hierna: FIOD) respectievelijk het Openbaar Ministerie (hierna: OM), in de hoop dat het OM daarop een vervolgingsbeslissing en eventuele afdoening baseert.
Begin maart 2020 stelden Tweede Kamerleden Van Nispen en Groothuizen Kamervragen aan de minister van Justitie en Veiligheid (hierna: de minister) over de betrouwbaarheid en volledigheid van zelfonderzoek door eigen advocaten van bedrijven. In antwoord daarop heeft de minister de Kamerleden laten weten het een goede zaak te vinden dat het OM de mogelijkheden beziet om vaker, onder enkele randvoorwaarden, gebruik te maken van zelfonderzoeken die worden verricht door de voornoemde professionals. De waarde die aan een dergelijk zelfonderzoek wordt gehecht, is volgens de minister afhankelijk van de mate waarin deze onderzoeken voldoende diepgaand, volledig en juist zijn. Hiervoor dient het onderzoek inzichtelijk en toetsbaar te worden gepresenteerd. De minister staat in dat geval positief tegenover zelfonderzoek. Echter, de Tweede Kamer heeft in juli 2020 een motie aangenomen om de voor- en nadelen van zelfonderzoek te laten onderzoeken, alsmede de betrouwbaarheid en bruikbaarheid voor opsporingsinstanties en het OM.
Het fenomeen zelfonderzoek komt niet alleen in het strafrechtelijke domein voor. Het vindt ook geregeld plaats in het financieel-economisch bestuursrecht. Daar staan ondernemingen doorgaans onder (doorlopend) toezicht van toezichthouders als de Stichting Autoriteit Financiële Markten (hierna: AFM) en De Nederlandsche Bank N.V. (hierna: DNB). Naar analogie van de discussie in het strafrecht zullen wij in deze bijdrage het gebruik van zelfonderzoek, verricht door externe professionals ingeschakeld door financiële ondernemingen, vanuit toezichthoudersperspectief beschouwen. We zullen daar enkele meer praktische kanttekeningen bij plaatsen. Daarbij verwijzen wij voor wat betreft het wettelijk kader regelmatig naar het toezicht op naleving van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (hierna: Wwft), omdat diverse daarin opgenomen normen duaal worden gehandhaafd; zowel bestuursrechtelijk als strafrechtelijk.
Lees verder:
Zelfonderzoek vanuit toezichthoudersperspectief door mr. M. Altena en mr. R.P.A. Kraaijeveld in Tijdschrift voor Sanctierecht & Onderneming