Belastingadviseur ontslagen van alle rechtsvervolging (bewezenverklaarde niet kwalificeerbaar)

Gerechtshof Amsterdam 11 januari 2022, ECLI:NL:GHAMS:2022:2926

De rechtbank Amsterdam heeft de verdachte voor het eerste alternatief/cumulatief tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf van 14 maanden waarvan vier maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren, met aftrek van voorarrest en onder stelling van een beroepsverbod als bijzondere voorwaarde. Voorts heeft de rechtbank een computer verbeurdverklaard. Ten aanzien van het tweede alternatief/cumulatief tenlastegelegde heeft de rechtbank de officier van justitie niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging.

Namens de verdachte is tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.

Het gerechtshof Amsterdam heeft in hoger beroep bij arrest van 1 februari 2019 het vonnis vernietigd en opnieuw recht gedaan en de verdachte ten aanzien van het eerste alternatief/cumulatief veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 14 maanden waarvan vier maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren en aftrek van voorarrest. Het hof heeft de verbeurdverklaring bepaald van een computer en de teruggave gelast van twee ordners. Ten aanzien van het tweede alternatief/cumulatief tenlastegelegde heeft het hof bepaald dat dat feit niet meer aan de orde is.

Namens de verdachte is tegen het arrest van het gerechtshof beroep in cassatie ingesteld.

De Hoge Raad der Nederlanden heeft bij arrest van 15 september 2020 het arrest van het gerechtshof Amsterdam vernietigd, en de zaak naar het gerechtshof Amsterdam teruggewezen teneinde, met inachtneming van de uitspraak van de Hoge Raad, deze in zoverre op het bestaande hoger beroep opnieuw te berechten en af te doen.

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het eerste cumulatief/alternatief tenlastegelegde heeft begaan.

Kwalificeerbaarheid van het bewezenverklaarde

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte ten aanzien van het eerste cumulatief/alternatief tenlastegelegde zal worden ontslagen van alle rechtsvervolging. De raadsman heeft zich daarbij aangesloten.

Het hof overweegt als volgt.

De verdachte – die als belastingadviseur/-consulent opzettelijk onjuist aangiftes inkomstenbelasting heeft gedaan voor de in de bewezenverklaring genoemde belastingplichtige personen – kan niet worden aangemerkt als degene die opzettelijk een bij belastingwet voorziene aangifte onjuist doet, als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen. Het bewezenverklaarde is derhalve niet kwalificeerbaar. Gelet hierop dient de verdachte te worden ontslagen van alle rechtsvervolging.

Lees hier de volledige uitspraak.

Print Friendly and PDF ^