Europese Commissie presenteert voorstel voor een herziening van de verordening inzake de overbrenging van afvalstoffen

De herziening van de verordening inzake de overbrenging van afvalstoffen moet bijdragen aan het tot stand brengen van de circulaire economie en het terugdringen van de verontreiniging. De Europese Commissie stelt voor om de regels voor de uitvoer van afvalstoffen aan te scherpen, het systeem voor de circulatie van afval efficiënter te maken en de strijd tegen illegale handel in afvalstoffen te verbeteren.

Het gaat om het voorstel voor een verordening betreffende de overbrenging van afvalstoffen en tot wijziging van de verordening 1257/2013 en 2020/1056. Het voorstel is op 17 november 2021 gepresenteerd.

Achtergrond

De overbrenging van afvalstoffen kan volgens de Europese Commissie risico’s opleveren voor de menselijke gezondheid en het milieu, met name wanneer zij niet naar behoren worden gecontroleerd. Tegelijkertijd hebben deze afvalstoffen vaak een positieve economische waarde, met name als secundaire grondstoffen die primaire materialen kunnen vervangen (circulaire economie).

Sinds 1984 zijn in de EU maatregelen inzake toezicht en controle op de (grensoverschrijdende) overbrenging van afvalstoffen van kracht. In 1989 werd het Verdrag van Bazel aangenomen om ernstige problemen aan te pakken in verband met het storten van giftige afvalstoffen die vanuit het buitenland naar verschillende ontwikkelingslanden worden ingevoerd. In 1992 heeft de OESO een juridisch bindend besluit aangenomen betreffende het toezicht op de grensoverschrijdende overbrenging van afvalstoffen (hierna: OESO-besluit).

Verordening 1013/2006 (hierna: verordening overbrenging afvalstoffen) zet de bepalingen van zowel het Verdrag van Bazel als het OESO-besluit om in EU-wetgeving. Die verordening voorziet in controlemechanismen voor de in- en uitvoer van afvalstoffen tussen de EU en derde landen en voor overbrengingen van afval tussen EU-lidstaten. In de verordening zijn ook uitvoerverboden voor bepaalde categorieën afvalstoffen vastgesteld.

Op 17 november 2021 heeft de Europese Commissie een voorstel ingediend voor de herziening van de verordening inzake de overbrenging van afvalstoffen. De herziening van die verordening werd al aangekondigd in het kader van de Europese Green Deal (2019) en het EU-actieplan voor de circulaire economie (2020).

Het Commissievoorstel

Volgens het Commissievoorstel moeten alle EU-bedrijven die afvalstoffen naar landen buiten de EU uitvoeren, ervoor zorgen dat de installaties die hun afvalstoffen ontvangen, worden onderworpen aan een onafhankelijke audit waaruit blijkt dat zij deze afvalstoffen op een milieuhygiënisch verantwoorde wijze beheren. Daarnaast zal de uitvoer van afvalstoffen naar niet-OESO-landen worden beperkt en alleen worden toegestaan als derde landen bereid zijn bepaalde afvalstoffen in ontvangst te nemen en deze duurzaam kunnen beheren. Tevens zal de overbrenging van afvalstoffen naar OESO-landen worden gemonitord en kan die overbrenging worden opgeschort als deze afvalstoffen ernstige milieuproblemen veroorzaken in het land van bestemming.

In het kader van de overbrenging van afvalstoffen binnen de EU stelt de Commissie voor om de huidige procedures aanzienlijk te vereenvoudigen, zodat afvalstoffen gemakkelijker opnieuw de circulaire economie binnenkomen. Dit helpt de EU minder afhankelijk te maken van primaire grondstoffen en ondersteunt zowel de innovatie als het koolstofvrij maken van de Europese industrie om aan de klimaatdoelstellingen van de EU te voldoen.

Daarnaast stelt de Commissie voor om de maatregelen tegen de illegale handel in afvalstoffen aan te scherpen. De efficiëntie en doeltreffendheid van de handhaving moet worden verbeterd, onder meer door een EU-handhavingsgroep inzake overbrenging van afvalstoffen op te richten. Daarnaast wordt het Europees bureau voor fraudebestrijding (OLAF) gemachtigd om te helpen bij grensoverschrijdende onderzoeken van EU-lidstaten naar de illegale handel in afvalstoffen.

Print Friendly and PDF ^