Veroordeling veehouder voor illegaal opslaan van bijna 2,4 miljoen kilo aan vervuild tomatenloof

Rechtbank Overijssel 8 november 2021, ECLI:NL:RBOVE:2021:4176

Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan drie milieudelicten. Er zijn in ieder geval 65 vrachten met in totaal circa 2.363 ton tomatenloof bij het bedrijf van verdachte gebracht, welk tomatenloof ernstig vervuild was met nylondraad, plastic clipjes en klemmetjes. Doordat dit tomatenloof zo vervuild was, kon het niet als strooisel toegepast worden in de potstal. Hoewel dit al bij de eerste vrachten duidelijk was geworden, is verdachte toch doorgegaan met het toelaten van de leveringen en het op zijn terrein opslaan van het bezorgde loof, waardoor er een enorme, vervuilde, afvalberg ontstond.

Naar het oordeel van de rechtbank heeft verdachte willens en wetens de vrachten vervuild loof laten storten en de berg steeds groter laten groeien. Hiermee heeft hij, anders dan door de verdediging betoogd, opzettelijk (willens en wetens) gehandeld. Voor economische delicten als de ten laste gelegde feiten is “kleurloos opzet”, oftewel opzet op de gedraging, voldoende om de ten laste gelegde opzet bewezen te kunnen verklaren. Opzet op de wederrechtelijkheid behoeft slechts te bestaan indien in de tenlastelegging is opgenomen dat de verdachte “opzettelijk wederrechtelijk” heeft gehandeld.

Er zijn onvoldoende bodembeschermende maatregelen getroffen, waardoor de vervuilende kunststof deeltjes rechtstreeks op de bodem terecht konden komen.

Verdachte had geen vergunning voor het opslaan van dit afval en heeft hiermee niet alleen in strijd met wet- en regelgeving gehandeld, maar ook een groot risico op milieuvervuiling gecreëerd.

Bewezenverklaring

  • feit 1: overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, opzettelijk begaan.

  • feit 2: overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 10.2 Wet milieubeheer, opzettelijk begaan.

  • feit 3: overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 10.1 Wet milieubeheer, opzettelijk begaan.

Strafoplegging

  • Boete van 10.000 euro, waarvan 5.000 euro voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar.

Lees hier de volledige uitspraak.

Print Friendly and PDF ^