Beslag ex art. 1:37.1 Algemene douanewet op personenauto kennelijk ingericht of toegerust om goederen aan ambtelijk toezicht te onttrekken: Behoorlijke oproeping voor behandeling klaagschrift?

Hoge Raad 22 januari 2019, ECLI:NL:HR:2019:9

Art. 1:37 lid 6 Adw bepaalt dat de rechtbank het klaagschrift als bedoeld in het vijfde lid van dat artikel behandelt op de voet van het bepaalde in artikel 552b Sv. Op de procedure van art. 552b Sv zijn de algemene bepalingen voor de raadkamerbehandeling van art. 21 – 25 Sv van toepassing. Volgens art. 23 lid 2 Sv moet de belanghebbende voor de raadkamerbehandeling worden opgeroepen. Een verzuim hiervan raakt een wezenlijke grondslag van de raadkamerprocedure en brengt nietigheid van het onderzoek mee, ook al is dat gevolg niet met zoveel woorden in de wet opgenomen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Beslaglijst vereist? De verantwoordelijkheid van de strafrechter ten aanzien van het beslag

Naast de zo typerende inbreuk op de persoonlijke vrijheid kunnen in het kader van de strafrechtspleging ook andere fundamentele rechten zoals het recht op eigendom worden beperkt. In deze rubriek staat de afwikkeling van strafrechtelijke inbeslagneming van goederen centraal, meer in het bijzonder de vraag in hoeverre de zittingsrechter in strafzaken de bevoegdheid of zelfs de verplichting heeft een beslissing te nemen over onder de verdachte inbeslaggenomen goederen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Artikel: Goed beslagen ten eis komen

In dit artikel wordt besproken of de wijze waarop het Openbaar Ministerie en de beklagrechter(s) de proportionaliteit betrekken bij het leggen en beoordelen van een conservatoir beslag, in overeenstemming is met Europese rechtspraak. De Europese rechtspraak geeft volgens de auteurs aanleiding om de huidige praktijk van conservatoir beslag in de (financieel-economische) strafrechtpraktijk bij te stellen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Beklag: Boot onder A in beslaggenomen. B stelt eigenaresse te zijn, nu de boot door B onder eigendomsvoorbehoud is geleverd aan A en A niet binnen de gestelde termijn aan B heeft betaald.

Hoge Raad 27 november 2018, ECLI:NL:HR:2018:2190

In beide middelen wordt geklaagd over de motivering van de ongegrondverklaring van het beklag. Het eerste middel richt zich tegen het oordeel van de rechtbank dat geen sprake is geweest van een koopovereenkomst onder opschortende voorwaarde. Het tweede middel komt op tegen het oordeel van de rechtbank dat het niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, de verbeurdverklaring van de boot zal bevelen, waarbij de rechtbank heeft vastgesteld dat de boot toebehoort aan betrokkene 1 in de zin van art. 33a Sr en dat betrokkene 1 in juli 2015 eigenaar is geworden van de boot omdat er geen sprake is van huurkoop, maar van een koop op afbetaling zonder rechtsgeldig eigendomsvoorbehoud. De middelen lenen zich voor een gezamenlijke behandeling.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Beslag ex art. 94a Sv op woning onder klaagster ten laste van echtgenoot van klaagster

Hoge Raad 20 november 2018, ECLI:NL:HR:2018:2142

In cassatie kan ervan worden uitgegaan dat op de voet van art. 94a Sv beslag is gelegd op de woning tot bewaring van het recht tot verhaal van een aan betrokkene 1 op te leggen betalingsverplichting ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel. De Rechtbank heeft als vaststaand aangenomen dat de woning sinds 1996 - het jaar waarin de klaagster buiten gemeenschap van goederen is gehuwd met betrokkene 1 - alleen op naam van de klaagster staat.

Read More
Print Friendly and PDF ^