Geen schending gelijkheidsbeginsel als hoger beroep van medeverdachten (wel) is ingetrokken

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 31 oktober 2023, ECLI:NL:GHARL:2023:9290

De raadsman heeft aangevoerd dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk in de vervolging moet worden verklaard, omdat het gelijkheidsbeginsel is geschonden. De verdediging heeft hiertoe aangevoerd dat bedrijf 2 en directeur bedrijf 2 zijn vervolgd voor nagenoeg dezelfde feiten, gepleegd in dezelfde periode, maar dat het openbaar ministerie het hoger beroep in deze zaken heeft ingetrokken.

Vooropgesteld moet worden dat het openbaar ministerie op grond van artikel 167, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering een discretionaire bevoegdheid heeft om zelfstandig te beslissen of naar aanleiding van een ingesteld opsporingsonderzoek vervolging moet plaatsvinden. De beslissing van het openbaar ministerie om al dan niet tot vervolging over te gaan, leent zich slechts in zeer beperkte mate voor een inhoudelijke rechterlijk toetsing, in die zin dat slechts in uitzonderlijke gevallen plaats is voor het oordeel dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk is in de vervolging wegens strijd met beginselen van een behoorlijke procesorde. De enkele omstandigheid dat anderen van wie aanwijzingen bestaan dat zij zich aan een vergelijkbaar strafbaar feit schuldig hebben gemaakt niet zijn vervolgd, staat er niet aan in de weg dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in de vervolging.

Het hof neemt dit beoordelingskader, dat ook geldt in het onderhavige geval waarin de vervolging is gestaakt door de intrekking van het door het openbaar ministerie ingestelde hoger beroep tegen de vrijspraak in eerste aanleg, tot uitgangspunt en oordeelt dat van een uitzonderlijk geval als hiervoor bedoeld in de onderhavige zaak niet is gebleken Het hof heeft bij zijn afweging ook de door de advocaat-generaal ter terechtzitting gegeven uitleg voor de beslissing tot intrekking c.q. handhaving van het hoger beroep in de verschillende zaken in aanmerking genomen. Het openbaar ministerie is daarom ontvankelijk in de vervolging van verdachte.

Het hof is echter van oordeel dat de rechtbank op juiste wijze en op goede gronden heeft beslist. Het hof zal de beslissing dan ook met overneming van die gronden bevestigen. De verdachte wordt vrijgesproken van actieve omkoping van een ambtenaar, oplichting en valsheid in geschrift.

Lees hier de volledige uitspraak.

 

 Zie ook onderstaande zaken met een gelijke uitkomst:  

Print Friendly and PDF ^