In hoeverre ziet art. 552a Sv ook op evt. door politie gemaakte kopieën van data die zijn aangetroffen op de inbeslaggenomen, maar inmiddels teruggegeven telefoons?
/Hoge Raad 3 maart 2020, ECLI:NL:HR:2020:369
De klager is bij beschikking van 9 april 2019 door de Rechtbank Den Haag niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag strekkende tot teruggave aan de klager van twee mobiele telefoons inclusief de zich daarop bevindende data en de eventuele data uit genoemde telefoons die zich na uitlezing van de telefoons nog bij de politie bevindt.
De beschikking van de rechtbank houdt, voor zover hier van belang, het volgende in:
“Beslissing van de rechtbank Den Haag, enkelvoudige raadkamer in strafzaken, op het beklag ex artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) (...) strekkende tot teruggave van twee mobiele telefoons inclusief de zich daarop bevindende data en de eventuele data uit genoemde telefoons die zich na uitlezing van de telefoons nog bij de politie bevindt, aan klager. (...)
Beoordeling van het beklag.
De raadkamer van de rechtbank is bevoegd tot afdoening van het beklag. Het klaagschrift is tijdig ingediend.
Vast staat dat bedoelde telefoons op 30 december 2018 onder klager in beslag zijn genomen en dat deze aan klager in eigendom toebehoren.
Gebleken is dat de inbeslaggenomen telefoons, inclusief de daarop bevindende data, inmiddels aan klager zijn geretourneerd. Derhalve rust er geen beslag in de zin van artikel 552a Sv meer op en zal de rechtbank klager wegens gebrek aan belang niet-ontvankelijk verklaren in zijn beklag.
Door klager is ter terechtzitting ook de teruggave van de data uit die telefoons, die is gekopieerd bij de politie en daar mogelijk nog ligt, verzocht. Klager verzoekt hierom omdat dit privé gegevens betreffen die hij niet wenst prijs te geven. De rechtbank overweegt dat zij op grond van artikel 552a Sv enkel bevoegd is om te beslissen over voorwerpen die (onder klager) in beslag zijn genomen. De voorwerpen die onder klager in beslag zijn genomen zijn aan hem geretourneerd. Verweren met betrekking tot de mogelijke onrechtmatigheid van het maken en achterhouden van kopieën van de data door de politie liggen, kunnen bij de inhoudelijke behandeling van de strafzaak tegen klager worden gevoerd.
Beslissing. De rechtbank verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beklag.”
Middel
Het cassatiemiddel klaagt over de niet-ontvankelijkverklaring door de rechtbank van het beklag voor zover dat is gericht tegen de teruggave van de gegevens uit de inbeslaggenomen smartphones die zich na uitlezing van die telefoons nog bij de politie bevinden.
Beoordeling Hoge Raad
De rechtbank heeft geoordeeld dat zij op grond van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv) enkel bevoegd is om te beslissen over voorwerpen die (onder de klager) in beslag zijn genomen, dat de voorwerpen die onder de klager in beslag zijn genomen aan hem zijn geretourneerd en dat verweren met betrekking tot de mogelijke onrechtmatigheid van het maken en achterhouden van kopieën van data bij de inhoudelijke behandeling van de strafzaak tegen de klager kunnen worden gevoerd.
De rechtbank heeft het beklag daarom niet-ontvankelijk verklaard. Artikel 552a lid 1 Sv voorziet evenwel in het doen van beklag over de kennisneming of het gebruik van gegevens, opgeslagen, verwerkt of overgedragen door middel van een geautomatiseerd werk en vastgelegd bij een onderzoek in zodanig werk (vgl. HR 24 januari 2017, ECLI:NL:HR:2017:71).
Smartphones zijn geautomatiseerde werken (vgl. HR 4 april 2017, ECLI:NL:HR:2017:584).In het licht hiervan is het oordeel van de rechtbank niet zonder meer begrijpelijk, in aanmerking genomen dat de rechtbank zich niet heeft uitgelaten over de vraag of daadwerkelijk is kennisgenomen of gebruikgemaakt van uitgelezen gegevens die in de smartphones waren opgeslagen en die zijn vastgelegd bij een onderzoek daarin.
Het cassatiemiddel slaagt.
Lees hier de volledige uitspraak.